-
1 betaaldag
1 [dag van uitbetaling] payday2 [handel] [vervaldag] due date, maturity; 〈 vaste geregelde datum〉 quarter/term day♦voorbeelden:2 op de betaaldag • on the due date, at maturity -
2 betaaldag
-
3 betaaldag
-
4 betaaldag
n. pay-day; due date -
5 betaaldag
échéance -
6 op de betaaldag
op de betaaldagon the due date, at maturityVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op de betaaldag
-
7 день платежа
ngener. betaaldag
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский
