-
1 go between
bemiddelen -
2 mediate
adj. wordt bemiddeld, dmv bemiddelaar--------v. bemiddelen[ mie:die▪eet] 〈zelfstandig naamwoord: mediation〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
3 intercede
v. goed woordje doen; bemiddelen, tussenbeide komen[ intəsie:d] -
4 intervenir
intervenir [ẽtervənier]〈 werkwoord〉1 tussenbeide komen ⇒ zich mengen, zich bemoeien, ingrijpen5 zich voordoen ⇒ gebeuren, geschieden6 tot stand komen ⇒ gesloten worden, bereikt worden♦voorbeelden:faire intervenir l'armée • het leger inschakelenv1) tussenbeide komen, bemiddelen6) meespelen, meetellen [factoren] -
5 interposer
-
6 посредничать
vgener. bemiddelen, intervenieren -
7 примирять
vgener. bijleggen, bijliggen, herenigen, bemiddelen, verzoenen -
8 улаживать
v1) gener. afmaken, plooien (äåôà), schipperen, vereffenen (разногласия), verevenen (разногласия), bemiddelen, beredderen, beridderen, goedmaken, ordenen, sussen, terechtbrengen, uitmaken (спор и т.п.)2) navy. inpikken -
9 interpose
v. stellen of plaatsen tussen; tussen beiden komen, in de rede vallen[ intəpooz]II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
10 mediate between
mediate between -
11 stand between
staat tussen; bemiddelen; beschermen -
12 intercéder
intercéder [ẽterseedee]〈 werkwoord〉1 tussenbeide komen ⇒ zijn invloed aanwenden, een goed woordje doenvtussen beide komen, bemiddelen -
13 entremettre
entremettre (s') [ãtrəmetr]〈 werkwoord〉 -
14 interposer sa médiation entre deux parties
interposer sa médiation entre deux partiesDictionnaire français-néerlandais > interposer sa médiation entre deux parties
-
15 Mittel
Mittel〈o.; Mittels, Mittel〉♦voorbeelden:mit allen Mitteln • op alle mogelijke manierenein Mittel zum Zweck • een middel om het doel te bereikenim Mittel • gemiddeld, in doorsnedeöffentliche Mittel • overheidsgeldenknapp an Mitteln sein • krap bij kas zijnüber seine Mittel leben • boven zijn stand levenvon allen Mitteln entblößt • platzak, berooid¶ 〈verouderd; formeel〉 sich ins Mittel legen • als bemiddelaar optreden, bemiddelen -
16 schlichten
schlichten2 gladmaken, polijsten -
17 sich ins Mittel legen
sich ins Mittel legenals bemiddelaar optreden, bemiddelen -
18 vermitteln
vermitteln1 bemiddelen, bemiddelend optredenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 den Verkehr zwischen zwei Orten vermitteln • de dienst, het verkeer tussen twee plaatsen onderhouden
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Датский
- Немецкий
- Нидерландский
- Русский
- Турецкий
- Французский