-
1 to hamper
belemmeren -
2 hamper
n. mand (ook: wasmand)--------v. belemmeren, storen, hinderenhamper1[ hæmpə] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:picnic hamper • picknickmand————————hamper2〈 werkwoord〉 -
3 handicap
n. handicap, nadeel--------v. belemmeren, benadelenhandicap1[ hændiekæp] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————handicap2〈werkwoord; handicapped〉1 benadelen ⇒ belemmeren, hinderen♦voorbeelden: -
4 hinder
v. hinderen; belemmeren, verhinderen, beletten[ hində] -
5 impede
-
6 shackle
n. boei, kluister; beugel, koppeling; harp; belemmering--------v. boeien, kluisteren; koppelen; belemmerenshackle1[ sjækl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————shackle2〈werkwoord; vaak passief〉♦voorbeelden: -
7 stunt
n. reklamestunt, effekt, campagne--------v. (in de groei) belemmerenstunt1[ stunt] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————stunt2〈 werkwoord〉 -
8 trammel
v. kluisteren; hinderen, belemmeren[ træml] 〈 Brits-Engels trammelled〉 -
9 baulk
n. onbeploegde landrichel; onvolledige en dus onwettige slag gemaakt door een werper (in honkbal)--------v. weigeren naar voren te gaan; aarzelen; belemmeren→ balk balk/ -
10 block
n. blok; versperring; (in computers) een verzameling tekst, die als eenheid wordt behandeld voor een bepaalde bewerking; stremming; obstructie--------v. versperren, blokkeren; vertragenblock1[ blok] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:block of marble • blok marmerhe lives four blocks away • hij woont vier straten verder(op)walk around the block • een straatje omlopenpsychological block • psychologische drempel→ old old/————————block21 blokkeren ⇒ blokken, obstructie plegenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 belemmeren ⇒ verhinderen, tegenhouden♦voorbeelden:block credits • kredieten bevriezenblock a bill • een wetsvoorstel tegenhoudenthe exits were blocked • de uitgangen waren versperdblock off • afsluiten, blokkerenblock out something on a photo • iets op een foto afdekken/wegwerkenblock up/in a window • een raam afsluiten/dichtspijkeren¶ block in/out • ontwerpen, schetsen -
11 blockade
n. blokkade--------v. blokkeren, afsluitenblockade1[ blokkeed] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 blokkade ⇒ afsluiting, versperring♦voorbeelden:run a blockade • een blokkade breken————————blockade2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
12 blot out
wegschrappen, uitwissenblot out1 (weg)schrappen ⇒ doorhalen, uitwissen2 verbergen ⇒ aan het gezicht onttrekken, bedekken♦voorbeelden:cars blot out my view • auto's belemmeren mij het uitzicht -
13 cars blot out my view
-
14 clog
n. verstopping (ook hetgeen een verstopping veroorzaakt)--------v. dichtstoppen; moeilijk maken; in de weg zittenclog1[ klog] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klomp————————clog2〈 clogged〉1 verstopt raken ⇒ dicht gaan zitten, verstoppen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:clogged with dirt • totaal vervuild -
15 cramp someone's style
-
16 cramp
n. kramp, samentrekking; klem, tang--------v. stoppen, beperken; verkrampen; versmallen; beklemmencramp1[ kræmp]1 (muur)anker ⇒ kram, klamp2 klem(haak) ⇒ spanijzer, lijmtang————————cramp2〈 werkwoord〉1 kramp veroorzaken bij/in ⇒ verkrampen2 krammen ⇒ vastzetten met een (muur)anker/klem(haak)3 onderdrukken ⇒ tegengaan, belemmeren -
17 deprive
-
18 dwarf
n. dwerg--------v. kleiner doen lijkendwarf1[ dwo:f] 〈zelfstandig naamwoord; bijvoeglijk naamwoord; meervoud: ook dwarves〉————————dwarf2〈 werkwoord〉1 in z'n groei belemmeren/remmen ⇒ klein(er) maken, klein houden♦voorbeelden:2 the skyscraper dwarfed all the other buildings • bij de wolkenkrabber verzonken alle andere gebouwen in het niet -
19 encumber
v. beladen, hinderen[ inkumbə]♦voorbeelden:encumbered with parcels • met boodschappen beladen2 encumber oneself with financial responsibilities • zich financiële verplichtingen op de hals halen -
20 fetter
- 1
- 2
См. также в других словарях:
belämmern — be|lạ̈m|mern 〈V. tr.; hat; umg.〉 belästigen ● jmdn. mit Bitten, Fragen belämmern; wenn das schiefgeht, dann bist du belämmert! übel dran, hereingefallen [nddt.; „hindern, in Verlegenheit bringen“; vermutl. zu Lamm] * * * be|lạ̈m|mern <sw. V.;… … Universal-Lexikon
belemmern — Vsw belästigen , besonders belemmert AdjPP betreten , scheußlich (von Sachen) per. Wortschatz ndd. (17. Jh.) Stammwort. Aus dem Niederdeutschen verbreitetes Frequentativum (mndd. belemmeren) zu belemen lähmen (lahm). Vor allem das Partizip wird… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Paretymologie — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia
Paretymologien — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia
Pseudoetymologie — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia
Pseudoetymologien — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia
Volksetymologie — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia
Volksetymologien — Bei einer Volksetymologie (Paretymologie) handelt es sich um einen historischen Wortbildungsprozess, bei dem ein unbekanntes Wort (meist Fremdwort) nach dem Vorbild eines vertraut klingenden Wortes in die Nehmersprache eingegliedert wird. Hierbei … Deutsch Wikipedia