-
1 behoren
〈 formeel〉4 [onderdeel uitmaken van] belong (to) ⇒ go together/with♦voorbeelden:2 naar behoren • as it should be, properlyeen groep waartoe twee Nederlanders behoorden • a group which included two Dutch peopledie tafel behoort bij deze stoelen • that table goes with these chairsbij elkaar behoren • go togetherdat behoort niet tot zijn vakgebied • that's outside his fielddat behoort niet tot de competentie van dit hof • that is beyond the competence of this courthij behoort tot de betere leerlingen • he is one of the better pupilstot de rooms-katholieke kerk behoren • belong to the Catholic churchdat behoort niet tot mijn taak • that's not part of my jobdat behoort tot de normale gang van zaken • it's common practice -
2 behoren
v. belong, appertain; befit; ought, must -
3 behoren deze boeken tot de examenstof?
behoren deze boeken tot de examenstof?are these books on the syllabus?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > behoren deze boeken tot de examenstof?
-
4 behoren tot de kennissenkring van …
behoren tot de kennissenkring van …be an acquaintance of …Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > behoren tot de kennissenkring van …
-
5 behoren tot
v. pertain, belong to -
6 bij elkaar behoren
bij elkaar behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bij elkaar behoren
-
7 de vogels die ertoe behoren
de vogels die ertoe behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de vogels die ertoe behoren
-
8 jongeren behoren op te staan voor ouderen
jongeren behoren op te staan voor ouderenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > jongeren behoren op te staan voor ouderen
-
9 naar behoren
naar behorenas it should be, properly -
10 niet tot een bepaalde richting behoren
niet tot een bepaalde richting behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > niet tot een bepaalde richting behoren
-
11 tot de elite behoren
tot de elite behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot de elite behoren
-
12 tot de gelukkigen behoren
tot de gelukkigen behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot de gelukkigen behoren
-
13 tot de ingewijden behoren
tot de ingewijden behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot de ingewijden behoren
-
14 tot de rooms-katholieke kerk behoren
tot de rooms-katholieke kerk behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot de rooms-katholieke kerk behoren
-
15 tot dezelfde rang behoren als
tot dezelfde rang behoren alsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot dezelfde rang behoren als
-
16 tot het verleden behoren
tot het verleden behorenbelong to the past, be a thing/things of the pastVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot het verleden behoren
-
17 tot het wereldje behoren
tot het wereldje behorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tot het wereldje behoren
-
18 naar behoren
adj. decent -
19 ertoe
1 [met betrekking tot een bestemming/besluit] to♦voorbeelden:iemand ertoe brengen om iets te doen • persuade someone to do somethingertoe komen • get round to ithoe kwam je ertoe ? • what made you do it? -
20 adeldom
- 1
- 2
См. также в других словарях:
behören — be|hö|ren <sw. V.; hat (selten): durch aufmerksames Hören prüfen: Indem Felsenstein jede Note des Komponisten genau behörte (MM 7. 3. 72, 28) … Universal-Lexikon
Zubehör — Lieferungsumfang; Leistungsumfang; Lieferumfang; Zubehörteile; Zusatz; Beigabe; nice to have; Accessoire * * * Zu|be|hör [ ts̮u:bəhø:ɐ̯], das; [e]s, e: etwas, was zu etwas (einem Haus, einer Maschine o. Ä.) dazugehört, es vervollständigt, ergänzt … Universal-Lexikon
Behörde — Dienststelle; Amt; Amtsstelle (schweiz.) * * * Be|hör|de [bə hø:ɐ̯də], die; , n: staatliche, kirchliche oder kommunale Stelle, Verwaltung. Syn.: ↑ Amt, ↑ Ministerium, ↑ Organ … Universal-Lexikon
Langue néerlandaise — Néerlandais Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Parlée aux Pays Bas, Belgique (Communauté flamande), Suriname, Aruba, Antilles néerlandaises … Wikipédia en Français
Ndls — Néerlandais Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Parlée aux Pays Bas, Belgique (Communauté flamande), Suriname, Aruba, Antilles néerlandaises … Wikipédia en Français
Neerlandais — Néerlandais Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Parlée aux Pays Bas, Belgique (Communauté flamande), Suriname, Aruba, Antilles néerlandaises … Wikipédia en Français
Néerlandais — Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Langues filles afrikaans Parlée aux … Wikipédia en Français
Néerlandophone — Néerlandais Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Parlée aux Pays Bas, Belgique (Communauté flamande), Suriname, Aruba, Antilles néerlandaises … Wikipédia en Français
Néérlandais — Néerlandais Cet article concerne la langue néerlandaise. Pour la nationalité, voir Pays Bas. Néerlandais Nederlands Parlée aux Pays Bas, Belgique (Communauté flamande), Suriname, Aruba, Antilles néerlandaises … Wikipédia en Français
Universität — (v. lat. Universitas), Hochschule, eine öffentliche Lehranstalt, welche dazu bestimmt ist, nicht nur die Gesammtheit der Wissenschaften od. wenigstens die wichtigsten Theile derselben durch öffentliche Vorträge u. geeignete Übungen der… … Pierer's Universal-Lexikon
Behörde, die — Die Behörde, plur. die n, am häufigsten in der Oberdeutschen Mundart. 1) Was sich gehöret, oder geziemet, was nöthig ist. Wir werden die Behörde verfügen. 2) Was zu etwas gehöret, das Zubehör. Das Gut mit aller seiner Behörde; in welcher… … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart