-
1 bedotten
-
2 bedotten
v. fool, kid, trick, sucker, bamboozle, dupe, hoax -
3 hij laat zich gauw bedotten
hij laat zich gauw bedottenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij laat zich gauw bedotten
-
4 flessen
♦voorbeelden: -
5 grazen
♦voorbeelden:1 het vee laten grazen • let the cattle graze, put the cattle to pasture¶ te grazen genomen worden • be had, be taken iniemand te grazen nemen • 〈 bedotten〉 take someone for a ride, take someone in; 〈 pak slaag geven〉 give someone a beating -
6 iemand te grazen nemen
iemand te grazen nemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand te grazen nemen
Перевод: с нидерландского на английский
с английского на нидерландский- С английского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский
- Шведский