-
1 promenade
promenade [promnaad]〈v.〉2 promenade ⇒ wandelweg, boulevard♦voorbeelden:f1) wandeling, tocht2) promenade, boulevard -
2 promener
promener [promnee]♦voorbeelden:tout envoyer promener • alles opgeven, verwensenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 rondleiden ⇒ geleiden, doen wandelen♦voorbeelden:promener un enfant • met een kind wandelença te promènera! • dan heb je meteen een wandelingetje!1 wandelen ⇒ lopen, een tocht maken♦voorbeelden:1 se promener à pied, en bateau, en voiture • een wandeling, een boottochtje, een autotochtje maken〈 informeel〉 va te promener! • hoepel op!1. v1) rondleiden2) vervoeren2. se promenerv -
3 se promener à pied, en bateau, en voiture
se promener à pied, en bateau, en voitureeen wandeling, een boottochtje, een autotochtje makenDictionnaire français-néerlandais > se promener à pied, en bateau, en voiture
-
4 promenade en voiture
promenade en voiture
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский