-
1 assimileren
asimiláDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > assimileren
-
2 asimilá
assimileren [v], in zich opnemen [v]Dicionário Português-Holandês e Holandês-Português > asimilá
-
3 asimilá
assimileren [v], in zich opnemen [v] -
4 assimilate
v. zich assimileren, opgenomen worden[ əsimmilleet]1 zich assimileren ⇒ opgenomen worden, gelijk worden/zijn♦voorbeelden:1 assimilate into/with something • opgenomen worden in/zich assimileren met ietsII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
5 assimiler
assimiler [aasiemielee]1 vergelijken ⇒ over één kam scheren, gelijkstellen2 zich vergelijken ⇒ gelijk worden, gelijkgesteld worden1. v2) assimileren, integreren3) verwerken, opnemen [kennis]4) verteren, opnemen2. s'assimilerv3) opgaan (in) [etnisch]4) zich eigen maken, verwerven [kennis] -
6 assimilieren
assimilieren♦voorbeelden:1 Kohlensäure assimilieren • koolzuur assimileren, opnemen en omzettensich an die Umwelt assimilieren • zich aan het milieu aanpassen -
7 ассимилировать
vgener. assimileren -
8 уподоблять
vgener. assimileren -
9 усваивать
-
10 assimilate into/with something
assimilate into/with somethingopgenomen worden in/zich assimileren met iets -
11 assimilative
adj. zich assimileren, opgenomen worden, gelijk worden -
12 reassimilation
n. Opnieuw assimileren -
13 assimilera
1) assimileren2) in zich opnemen -
14 Kohlensäure assimilieren
koolzuur assimileren, opnemen en omzettenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > Kohlensäure assimilieren
См. также в других словарях:
assimilieren — Vsw angleichen erw. fach. (17. Jh.) mit Adaptionssuffix. Entlehnt aus l. assimilāre, zu l. simulāre ähnlich machen, nachbilden und l. ad hin, zu , zu l. similis ähnlich . Abstraktum: Assimilation (in der Antike rhetorischer Begriff für die… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache