-
1 afwerken
1 [afmaken] achever2 [de laatste hand leggen aan] parachever3 [volbrengen] effectuer4 [totaal gebruiken] user5 [uitputten] éreinter♦voorbeelden:een opgedragen taak afwerken • terminer une tâcheiets netjes afwerken • achever qc. avec soinhet afwerken van houtwerk • le finissage d'une boiseriehij werkt wat af! • il ne fait que travailler! -
2 afwerken
achever -
3 alle cafés afwerken
alle cafés afwerken -
4 een opgedragen taak afwerken
een opgedragen taak afwerken -
5 een roman afwerken
een roman afwerken -
6 heel wat afwerken
heel wat afwerken -
7 het afwerken van houtwerk
het afwerken van houtwerk -
8 iets netjes afwerken
iets netjes afwerkenachever qc. avec soin -
9 aftimmeren
-
10 bijvijlen
-
11 bijwerken
♦voorbeelden:nieuwe bijgewerkte druk • nouvelle édition revue et corrigéede verf bijwerken • faire un raccord de peinture1 [bijverdienen] se faire des à-côtés♦voorbeelden:1 zijn vrouw moet bijwerken • sa femme a un travail à côté, doit se faire des à-côtés -
12 bijwerking
См. также в других словарях:
half afwerken — butbutu … Woordenlijst Sranan