-
1 afscheppen
1 enlever♦voorbeelden:het zand van het terras afscheppen • enlever à la pelle le sable de la terrasse -
2 afscheppen
-
3 afscheppen
-
4 afscheppen
v. skim, remove matter floating on the surface of a liquid -
5 afscheppen
wwenlever, écrémer (le lait) -
6 de room van de melk afscheppen
de room van de melk afscheppen -
7 het zand van het terras afscheppen
het zand van het terras afscheppenDeens-Russisch woordenboek > het zand van het terras afscheppen
-
8 het schuim van de bouillon afscheppen
het schuim van de bouillon afscheppenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het schuim van de bouillon afscheppen
-
9 de room afscheppen
-
10 skim
v. (heen)glijden, scheren; vluchtig inkijkenskim1♦voorbeelden:————————skim2〈 skimmed〉♦voorbeelden:♦voorbeelden:♦voorbeelden:skim a stone over the water • een steen op het water doen springen/keilen -
11 снимать
vgener. afdoen, afhalen, afleggen (одежду и т.п.), afnemen, aftrekken, afzetten, onderhuren, opbreken (лагерь, осаду), uitdoen, uittrekken (одежду, обувь), afdekken (покрытие), afhuren (дом, квартиру), afkrijgen (с трудом), aflichten, afscheppen (сливки, пенки; тж. перен.), afstrijken, aftillen, aftuigen (àðìî), afwerpen, afzetten (с работы), kiekjes maken, opdoen, opnemen (деньги из банка, банкомата), plukken (урожай) -
12 снимать сливки
vgener. romen, zanen, afromen, de room afscheppen, ontromen -
13 skim the cream off from
skim the cream off fromde room afscheppen van; 〈 figuurlijk〉het beste deel nemen van, afromen -
14 skim the cream off the milk
het room van de melk afscheppen -
15 dégraisser
-
16 écumer
écumer [eekuumee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 afstropen ⇒ uit zijn op, onveilig maken♦voorbeelden: -
17 снимать
vgener. afdoen, afhalen, afleggen (одежду и т.п.), afnemen, aftrekken, afzetten, onderhuren, opbreken (лагерь, осаду), uitdoen, uittrekken (одежду, обувь), afdekken (покрытие), afhuren (дом, квартиру), afkrijgen (с трудом), aflichten, afscheppen (сливки, пенки; тж. перен.), afstrijken, aftillen, aftuigen (àðìî), afwerpen, afzetten (с работы), kiekjes maken, opdoen, opnemen (деньги из банка, банкомата), plukken (урожай) -
18 снимать сливки
vgener. romen, zanen, afromen, de room afscheppen, ontromen -
19 afromen
1 [room afscheppen van] skim2 [figuurlijk] cream off♦voorbeelden:winst afromen • cream off profits -
20 afschuimen
- 1
- 2