-
1 BTh
afgestudeerde van theologie, heeft eerste graad in theologieBTh (bachelor of theology) -
2 high school graduate
afgestudeerde v.d. middelbare school -
3 hochschulabsolvent
afgestudeerde hoger onderwijs -
4 graduate
adj. afgestudeerd, gediplomeerd--------n. afgestudeerde; gediplomeerde--------v. een bul/diploma/getuigschrift (AE) behalen; maten/maatstreepjes aangevengraduate1[ grædzjoeət] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————graduate2[ grædzjoe▪eet]1 een bul/diploma behalen ⇒ 〈 Amerikaans-Engels ook〉 afstuderen, een getuigschrift behalen♦voorbeelden:1 he has graduated in law from Yale • hij heeft aan Yale een titel/bul in de rechten behaaldII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 kalibreren ⇒ van een (schaal)verdeling voorzien, verdelen in graden♦voorbeelden:graduated tax • progressieve belasting -
5 выпускник
abiturient, schoolverlater, afgestudeerde -
6 выпускница
abituriente, schуolverlaatster, afgestudeerde -
7 Oxonian
adj. Van Oxford (de stad of de universiteit)--------n. Inwoner van Oxford; (afgestudeerde (van universiteit) Oxford; Oxford student[ oksooniən] -
8 a qualified doctor
een afgestudeerde/bevoegde dokter -
9 academician
n. lid van een academie of genootschap (iemand met academische titel, afgestudeerde van hoge opleiding)[ əkædəmisjn] -
10 postgraduate
adj. postuniversitair--------n. student die eerstegraads diploma behaald heeft; onderzoek na eerstegraads bevoegdheid[ poos(t)grædjoeət] -
11 qualified
adj. bevoegd; bekwaam; vaardig; gedistantiëerd; beperkt[ kwolliffajd]1 beperkt ⇒ voorwaardelijk, voorlopig♦voorbeelden:qualified optimism • gematigd optimisme2 a qualified doctor • een afgestudeerde/bevoegde doktera qualified nurse • een gediplomeerde verpleegster -
12 BFA
n. Afgestudeerde van kunstacademie -
13 GMAT
onderzoek naar geschiktheid om leiding te geven voor afgestudeerde studenten, standaardonderzoek naar vermogen tot leiderschap voor alle studenten voor verdere studie in directie in V.S, GMATGMAT (Graduate Management Aptitude Test) -
14 GRE
onderzoek naar resultaten op universiteiten, standaardonderzoek aan alle afgestudeerde studenten van universiteit afgelegd voor hogere graad in V.S., GREGRE (Graduate Record Examination) -
15 Graduate Management Aptitude Test
onderzoek naar geschiktheid tot leidinggeven voor afgestudeerde studenten, standaardonderzoek naar vermogen tot leiderschap voor alle studenten voor verdere studie in directie in V.S, GMATEnglish-Dutch dictionary > Graduate Management Aptitude Test
-
16 academicianship
n. lid zijn van een academie, academicus zijn (afgestudeerde van een instituut van hoger onderwijs) -
17 cantabrigian
adj. m.b.t. Cambridge (Engeland) of Cambridge Universiteit; m.b.t. Cambridge Massachusetts of Havard Universiteit (V.S)--------n. student of afgestudeerde van de Cambridge Universiteit; inwoner van Cambridge Massachusetts (VS) -
18 grad
n. afgestudeerde (van universiteit of academie) -
19 wykehamist
n. Wykehamist, (oud-)leerling van Winchester College, afgestudeerde van Winchester College -
20 un diplômé
un(e) diplômé(e)gediplomeerde, afgestudeerde, iemand die zijn ‘D.E.S.’, ‘diplôme d'études supérieures’ heeft
Страницы
- 1
- 2