-
1 cheek
n. wang; brutaliteit--------v. wang; koon; brutaliteitcheek1[ tsjie:k]♦voorbeelden:♦voorbeelden:1 don't give me any of your cheek! • doe niet zo brutaal jij!have the cheek to • het lef hebben om (te)————————cheek2〈 werkwoord〉 -
2 hindquarters
-
3 rump
n. achterste, achterstuk; stuitbeen, stuit; overschot[ rump] -
4 myelencephalic
adj. Van hersenschedel (bij anatomie- achterdeel van de hersenen)
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский