-
1 aanstormen
♦voorbeelden:komen aanstormen/aangestormd • come rushing along -
2 aanstormen
-
3 aanstormen
примчаться; налететь бурей* * *гл.общ. примчаться, налететь бурей (op- íà; òæ. komen aanstoot) -
4 aanstormen
v. come down with great force; rage; forcefully assault -
5 ijlings komen aanstormen
ijlings komen aanstormen -
6 komen aanstormen/aangestormd
komen aanstormen/aangestormdVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > komen aanstormen/aangestormd
-
7 komen aanstormen
гл.общ. нестись, принестись -
8 налететь бурей
vgener. aanstormen (op- íà; òæ. komen aanstoot) -
9 нестись
vgener. sjezen, jachten, schieten, vliegen (о лошади и т.п.), drijven, hollen, komen aanstormen, strijken, stuiven -
10 примчаться
vgener. aanstuiven, toestuiven, aanhollen (òæ. komen aanhitser), aanjagen (òæ. komen aanhouding), aanrennen, aanstormen, komen aanschieten, toestormen -
11 принестись
vgener. komen aanstormen -
12 ijlings
♦voorbeelden:ijlings komen aanstormen • se précipiter -
13 aanstuiven
♦voorbeelden:1 komen aanstuiven/aangestoven • come rushing along/up
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский