-
1 aannemen
♦voorbeelden:1 kan ik een boodschap aannemen? • can I take a message?een opdracht/voorstel aannemen • accept a commission/proposaleen wetsontwerp aannemen • pass a billmet algemene stemmen aannemen • carry unanimouslyzijn plannen namen vastere vorm aan • his plans began to take shapeernstige vormen aannemen • become seriousu kunt het van mij aannemen • you can take it from meiets voor zoete koek aannemen • swallow somethingalgemeen werd aangenomen dat … • it was generally assumed that …als vaststaand/vanzelfsprekend aannemen • take for grantedlaten we nu eens aannemen dat … • let's assume that … -
2 aannemen
v. accept, take on, take up, admit, adopt, confirm, receive, assume, presume, suppose, opine, posit, postulate, affiliate, employ, hire -
3 aannemen
• to accept• to assume• to recruit• to undertake -
4 aannemen
-
5 een wetsontwerp aannemen
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een wetsontwerp aannemen
-
6 (de) allures aannemen (van)
(de) allures aannemen (van)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > (de) allures aannemen (van)
-
7 (vaste) vorm aannemen
(vaste) vorm aannementake (definite) shape, crystallizeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > (vaste) vorm aannemen
-
8 als (eigen) kind aannemen
als (eigen) kind aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als (eigen) kind aannemen
-
9 als hypothese aannemen
als hypothese aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als hypothese aannemen
-
10 als lidmaat bevestigen/aannemen
als lidmaat bevestigen/aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als lidmaat bevestigen/aannemen
-
11 als standaard aannemen
als standaard aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als standaard aannemen
-
12 als vanzelfsprekend aannemen
als vanzelfsprekend aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als vanzelfsprekend aannemen
-
13 als vaststaand/vanzelfsprekend aannemen
als vaststaand/vanzelfsprekend aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als vaststaand/vanzelfsprekend aannemen
-
14 bij acclamatie aannemen
bij acclamatie aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bij acclamatie aannemen
-
15 de bouw van een blok woningen aannemen
de bouw van een blok woningen aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de bouw van een blok woningen aannemen
-
16 de gewoonte aannemen iedereen Sir te noemen
de gewoonte aannemen iedereen Sir te noemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de gewoonte aannemen iedereen Sir te noemen
-
17 de houding aannemen van/alsof …
de houding aannemen van/alsof …adopt the air of …Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de houding aannemen van/alsof …
-
18 de pij aannemen
de pij aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de pij aannemen
-
19 de schijn aannemen van eerlijkheid
de schijn aannemen van eerlijkheidVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de schijn aannemen van eerlijkheid
-
20 een aanbod met beide handen aannemen
een aanbod met beide handen aannemenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een aanbod met beide handen aannemen
См. также в других словарях:
Teufel — (s. ⇨ Teixel). 1. A mol muess ma m Teuffel uff de Wedel treta. – Birlinger, 1036. 2. All, wat de Düwel nich lesen kann (will), dat sleit he vörbi (oder: sleit he äwer). – Frommann, II, 389, 123; Eichwald, 346; Goldschmidt, 57; Kern, 1430. 3. Als… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Regi Blinker — (2011) Reginald „Regi“ Waldie Blinker (* 4. Juni 1969 in Paramaribo, Suriname) ist ein surinamisch niederländischer ehemaliger Fußballspieler. Er gewann mit Feyenoord einmal die Meisterschaft und viermal den KNVB Pokal. Mit Celtic FC aus … Deutsch Wikipedia
Münze — Etwas für bare Münze nehmen. Diese seit dem 18. Jahrhundert belegte, auch in den Niederlanden (›iets voor gangbare munt aannemen‹) und Frankreich (›prendre quelque chose pour argent comptant‹) geläufige Redensart wendet man auf jemanden an, der… … Das Wörterbuch der Idiome
Gott — 1. Ach du grosser Gott, was lässt du für kleine Kartoffeln wachsen! – Frischbier2, 1334. 2. Ach Gott, ach Gott, seggt Leidig s Lott, all Jahr e Kind on kein Mann! (Insterburg.) – Frischbier2, 1335. 3. Ach, du lieber Gott, gib unserm Herrn ein n… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Spiegeln — 1. Wer recht sich spiegelt, siehet sich. – Schleizer Kalender, 1811. 2. Wer sich an eynem andern spiegelt, der spiegelt sich sanfft (wohl). – Franck, II, 49a; Tappius, 173b; Petri, II, 107; Lehmann, II, 851, 331; Simrock, 9700; Sailer, 285. Frz … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Tuch — 1. Am feinsten Tuch findet man den Bleicherzipfel. 2. Am feinsten Tuch täuscht man sich am meisten. Holl.: In het fijnste laken, is het meeste bedrog. (Harrebomée, II, 3.) 3. An ein ungeschauts Tuach schlägt man kein Blei. – Nas, 367a. 4. An… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon