-
1 wound
n. wond; verwonding--------v. kronkelen; winden; opwinden; omwinden; veranderen van richting--------v. wonden; verwondenwound1[ woe:nd] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————wound2〈 werkwoord〉————————wound3→ wind wind/ -
2 injure
v. wonden, kwetsen, blesseren[ indzjə]1 (ver)wonden ⇒ kwetsen, blesseren2 kwaad doen ⇒ benadelen, beledigen♦voorbeelden: -
3 laceration
См. также в других словарях:
Ine de Wessex — Ine Rey de Wessex Reinado 688 726 Predecesor Caedwalla … Wikipedia Español
Hand — 1. Alle Händ voll to dohne, seggt de ol Zahlmann1, on heft man êne. (Insterburg.) – Frischbier2, 1469. 1) Der Name eines Feldwächters in Insterburg. 2. Alten Händen hilft kein Nagelschminken. – Laus. Magazin, XXX, 251. Russisch Altmann V, 85. 3.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon