-
1 filing
vulling -
2 refill
vulling -
3 permanent filling
permanente vulling, vaste vulling (behandeling voor lange duur na tijdelijke vulling) -
4 fill
n. vulling, hele portie; verzadiging, overvloed--------v. vullen; invullen; verzadigd zijn; vullen (gaatje in tand); uitvoeren; antwoorden op; volmakenfill1[ fil] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 vulling ⇒ hele portie, volle maat♦voorbeelden:eat one's fill • zich rond eten————————fill21 zich vullen ⇒ vol worden/raken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 vervullen ⇒ bezetten, bekleden4 invullen♦voorbeelden:laughter filled the room • de kamer vulde zich met gelachthat fills me with pleasure • dat doet me deugdfill a vacancy • een vacature bezettenfill a prescription • een doktersrecept klaarmaken -
5 filler
n. vulling; opvul middel; "stop", "kurk", opvulling[ fillə] -
6 filling
adj. verzadigend--------n. vulling, vulselfilling1[ filling] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————filling21 machtig ⇒ zwaar, voedzaam -
7 inlay
n. inlegging; versiering; vulling--------v. inleggen; versiereninlay1[ inlee] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 inlegsel ⇒ inlegwerk, mozaïek————————inlay2[ inlee] 〈 werkwoord〉1 inleggen♦voorbeelden: -
8 refill
n. (nieuwe) vulling, inktpatroon--------v. opnieuw vullen, aan/bijvullenrefill1[ rie:fil] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————refill2[ rie:fil] 〈 werkwoord〉1 opnieuw vullen ⇒ (opnieuw) aan/bij/opvullen -
9 stuffing
n. mengsel van gekruide ingrediënten om vlees en groente te kruiden (gemaakt van broodkruimels of rijst met specerijen, groente en kruiden); veren of stof gebruikt als vulling voor kussens; het laden van goederen in een container (Slang)[ stuffing]♦voorbeelden:¶ knock/take the stuffing out of someone • iemand tot moes slaan, iemand uitschakelen -
10 cartridge
n. huls (van een kogel); (in computers) cassette; omhulsel voor media voor het opslaan van gegevens; magneetbandcassette; filmhouder voor een fototoestel[ ka:tridzj]3 (kant-en-klare) vulling ⇒ cassette; inktpatroon; gasvulling→ blank blank/ -
11 cement
n. cement; beton; vulling--------v. met cement vullen; met cement bedekken; versterkencement1[ simment] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 asphalt, glue and plaster are cements • asfalt, lijm en gips zijn bindmiddelen————————cement2〈 werkwoord〉2 cementeren ⇒ met cement verbinden, vast verbinden, hard(er) maken♦voorbeelden: -
12 dressing
n. het aankleden; verband(materiaal); slasaus[ dressing] -
13 falafel
n. falafel (gerecht uit het Midden-Oosten) -
14 falsies
-
15 felafel
-
16 infusion
n. infuus; vulling, inbrenging; aftreksel[ infjoe:zjn] -
17 lining
-
18 packing
-
19 padding
-
20 turnover
n. het over de kop slaan; aantal mensen dat binnenkomt en naar buiten gaat (bv. werknemers en klanten); bruto inkomsten, totale omzet in business; verandering; omwenteling; omzet; wisselgang; pastei met zoete vulling (appel, kersen, enz.)turnover
- 1
- 2
См. также в других словарях:
RINGERS — NETHERLANDS (see also List of Individuals) 2.1.1885 Alkmaar/NL 6.5.1965 s Gravenhage/NL Johannes Aleidis Ringers graduated as a civil engineer from Delft Technical University in 1906. He joined the Waterstaat as an engineer in Goes. From 1909 he… … Hydraulicians in Europe 1800-2000