-
1 touwwerk
-
2 touwwerk
сущ.мор. такелаж -
3 touwwerk
n. cordage -
4 cordage
-
5 manoeuvre
manoeuvre [maanuvr]I 〈m.〉II 〈v.〉1 (be)handeling ⇒ bediening, (het) sturen, (hand)greep♦voorbeelden:faire des manoeuvres • manoeuvrerendéjouer les manoeuvres de qn. • iemands streken verijdelen→ champmanoeuvres dormantes • vast want1. m 2. f1) manoeuvre2) behandeling, bediening, besturing3. manoeuvresf plwant, touwwerk -
6 такелаж
-
7 splice
n. las, verbinding--------v. verbinden, aan elkaar verbinden, lassensplice1[ splajs] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————splice2〈 werkwoord〉1 verbinden ⇒ aan elkaar verbinden, een verbinding maken♦voorbeelden: -
8 esparto
n. spart, alfagras, sterk en pezig gras die een vezel produceert die gebruikt wordt bij maken van papier en als touwwerk -
9 esparto grass
n. sterk en dradig gras uit Zuid Spanje en Noord Afrika die een vezel produceert die gebruikt wordt bij het maken van papier en als touwwerk -
10 agrès
-
11 lover
lover [lovvee] -
12 такелаж
-
13 want
-
14 want
want1I 〈de〉1 [handschoen] mitt(en)II 〈 het〉1 [touwwerk] rigging2 [vistuig] (fishing) nets♦voorbeelden:————————want2〈 voegwoord〉 -
15 Seilerware
-
16 Seilwerk
-
17 Tauwerk
-
18 Want
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский