-
1 terugdraaien
1 [achteruit draaien] turn back♦voorbeelden:je kunt de zaak nu niet meer terugdraaien • you can't reverse the matter anymore -
2 terugdraaien
-
3 terugdraaien
повернуть в другую сторону, повернуть в обратном направлении; отвернуть; (про)крутить назад, перемотать; отменить* * *гл.общ. отозвать, отменить, отвёртывать, отвинчивать -
4 terugdraaien
• to reverse• to rotate in reverse• to turn back -
5 de klok terugdraaien, terugzetten
de klok terugdraaien, terugzettenDeens-Russisch woordenboek > de klok terugdraaien, terugzetten
-
6 een maatregel terugdraaien
een maatregel terugdraaienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een maatregel terugdraaien
-
7 het voorwiel terugdraaien
het voorwiel terugdraaienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het voorwiel terugdraaien
-
8 je kunt de zaak nu niet meer terugdraaien
je kunt de zaak nu niet meer terugdraaienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > je kunt de zaak nu niet meer terugdraaien
-
9 to rotate in reverse
terugdraaien -
10 to turn back
terugdraaien -
11 zurückdrehen
zurückdrehen♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 das Rad der Entwicklung, Geschichte lässt sich nicht zurückdrehen • men kan de klok niet terugdraaien; 〈 ook〉 gedane zaken nemen geen keer -
12 отвёртывать
vgener. er afdraaien, terugdraaien -
13 отвинчивать
vgener. afschroeven, een schroef losdraaien, er afdraaien, losdraaien, losschroeven, terugdraaien -
14 отменить
v1) gener. terugdraaien, afbestellen (приказание, заказ)2) law. tenietdoen (bevel, besluit, straf), vernietigen (vonnis, contract) -
15 отозвать
vgener. terugdraaien -
16 put back
terugzettenput back, 〈in betekenis II 2 ook〉 put behind♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
17 retroversion
n. terugdraaien[ retroovə:sjn] -
18 run back
run backII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
19 turn back
terugkeren; terugdraaien; omslaan; doen omkerenturn backomvouwen, omslaan————————turn backterugkeren, omkeren -
20 to reverse
omdraaienomkerenomklappenompolenomslaanomzettenterugdraaien
- 1
- 2