-
1 represent
v. vertegenwoordigen; symboliseren; beschrijven[ reprizzent]1 voorstellen ⇒ weergeven, afbeelden3 aanvoeren ⇒ beweren, voorgeven, meedelen4 verklaren ⇒ uitleggen, duidelijk maken5 symboliseren ⇒ staan voor, betekenen♦voorbeelden: -
2 symbolize
v. symboliseren, betekenis geven, staan voor, betekenen, verpersoonlijkensymbolize, symbolise[ simbəlajz] 〈zelfstandig naamwoord: symbolization〉 -
3 image
n. beeld; evenbeeld; idee; beeltenis--------v. Beeld, afbeelding; voorstelling; evenbeeldimage1[ immidzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 beeld ⇒ afbeelding, voorstelling♦voorbeelden:3 he's the (very/spitting) image of his father • hij lijkt (sprekend/als twee druppels water) op zijn vader————————image2〈 werkwoord〉 -
4 personify
v. verpersoonlijken, belichamen[ pəsonniffaj] 〈personified; zelfstandig naamwoord: personification〉♦voorbeelden:2 John is vanity personified, John is the personification of vanity • John is de ijdelheid in persoon -
5 symbolise
-
6 typify
-
7 Wingdings
n. lettersoort uit symbolen gemaakt die letters symboliseren -
8 animalise
v. verdierlijken, iemand er toe leiden zich als een dier te gedragen; brutaal en ongevoelig worden; brutaal maken, onmenselijk maken; symboliseren in vorm van een dier (ook "animalize") -
9 animalize
v. verdierlijken, iemand er toe leiden zich als een dier te gedragen; brutaal en ongevoelig worden; brutaal maken, onmenselijk maken; symboliseren in vorm van een dier (ook "animalise") -
10 emblematize
v. symboliseren -
11 totemism
n. gebruik van totems om een clan of stam te symboliseren; systeem om stammen of clans naar totems te splitsen
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский