-
1 swap
n. ruil--------v. ruilen, uitwisselen♦voorbeelden:————————〈werkwoord; swapped〉 〈 informeel〉♦voorbeelden:swap over/round • van plaats verwisselenswap for • (in)ruilen tegenswap something with someone • iets met iemand ruilen -
2 exchange
n. ruil, uitwisseling; beurs--------v. wisselen, uitwisselen, verwisselenexchange1[ ikstsjeendzj]1 ruil ⇒ (uit)wisseling, woorden/gedachtewisseling♦voorbeelden:5 win/lose the exchange • een kwaliteit winnen/verliezen♦voorbeelden:————————exchange2〈 werkwoord〉1 ruilen ⇒ uitwisselen, verwisselen♦voorbeelden:I would like to exchange it for a smaller one • ik zou het graag voor een kleinere willen ruilen -
3 change
n. verandering, wijziging; wisselgeld, kleingeld--------v. wijzigen, veranderen; wisselen; zich verkleden; overstappenchange1[ tsjeendzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 verandering ⇒ ver/afwisseling, overgang, variatie♦voorbeelden:1 a change for the better/worse • een verandering ten goede/kwadechange of heart • bekering, verandering van ideeënthe change of seasons • de wisseling der seizoenenfor a change • voor de verandering/afwisseling4 I had a change between L. and M. • tussen L. en M. moest ik overstappen5 keep the change! • laat maar zitten!ring the changes on something • iets op alle mogelijke manieren aanpakken; niet uitgepraat raken over iets〈Brits-Engels; informeel〉 ring the changes • veranderen, het anders aanpakkenthe change • overgang(sjaren)————————change21 veranderen ⇒ anders worden, wisselen2 zich verkleden ⇒ andere/schone kleren aantrekken♦voorbeelden:1 his voice is changing • zijn stem is aan het wisselen/brekenchange back into • weer veranderen inchange from a child into a man • van een kind een man wordenchange up • (naar een hogere versnelling) schakelenchange into second gear • in zijn twee zetten→ change over change over/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 veranderen ⇒ anders maken, transformeren2 (om/ver)ruilen ⇒ (om/ver)wisselen♦voorbeelden:change gear • (over)schakelenchange oil • olie verversenchange something for something else • iets (om)ruilen (voor iets anders)change the bed • het beddengoed verschonen -
4 I would like to exchange it for a smaller one
I would like to exchange it for a smaller oneEnglish-Dutch dictionary > I would like to exchange it for a smaller one
-
5 barter
v. uitwisselen, verwisselenbarter1[ ba:tə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————barter2II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 〈+for〉ruilen (voor/tegen)♦voorbeelden: -
6 change over
-
7 change something for something else
change something for something elseEnglish-Dutch dictionary > change something for something else
-
8 do/make a swap
do/make a swap -
9 inconvertible
adj. Kan niet geruild worden, niet te ruilen[ ingkənvə:təbl] 〈inconvertibly; zelfstandig naamwoord: inconvertibility〉 -
10 interchange
n. uitwisseling, ruiling; knooppunt (v. snelwegen)--------v. uitwisselen; afwisseleninterchange1[ - tsjeendzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 uitwisseling ⇒ ruil(ing), verwisseling3 overstapstation/halte————————interchange2 -
11 interchangeable
adj. uit-, afwisselend; te ruilen, om te wisselen[ - tsjeendzjəbl] 〈interchangeably; zelfstandig naamwoord: interchangeability〉 -
12 nonreturnable
adj. niet in te leveren, niet te ruilen[ - rittə:nəbl] -
13 swap for
swap for -
14 swap something with someone
swap something with someone -
15 switchable
-
16 swop
-
17 trade
adj. handel-, zaken---------n. handel, zaken; werk--------v. handelen, zaken doen, kopen, inkopen, verkopentrade1[ treed] 〈 zelfstandig naamwoord〉4 vak ⇒ ambacht, beroep♦voorbeelden:terms of trade • (handels)ruilvoetbad for trade • nadelig voor de handeldo a good trade • goede zaken doenbe in trade • een zaak/winkel hebbena butcher by trade • slager van beroep→ jack jack/————————trade21 handel drijven ⇒ handelen, zaken doen2 〈Amerikaans-Engels; +at/with〉(vaste) klant zijn (van/in)♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verhandelen ⇒ uitwisselen, (om)ruilen♦voorbeelden: -
18 Philatelic Service
de filatelistendienst (lichaam dat zich bezig houdt met ruilen en verzamelen van postzegels) -
19 asset swap
Vermogen ruil (het ruilen van vermogen, roerend of onroerend) -
20 barter away
v. ruilen,ruilhandel
- 1
- 2
См. также в других словарях:
ruilen — kenki … Woordenlijst Sranan
Tausch — 1. Beim Tausch kommt immer einer zu kurz, sagte Lips, als er eine Kuh aus dem Stalle stahl und ein Karnickel hinein warf. Holl.: Ruilen is geene zonde, zei kromhakige Dries, hij stal eene koe uit de weide, en zette er eene luis voor in de plaats … Deutsches Sprichwörter-Lexikon