-
1 onverdraagzaam
♦voorbeelden: -
2 onverdraagzaam
-
3 onverdraagzaam
нетерпимый; неуживчивый* * *прил.общ. нетерпимый, неуживчивый -
4 onverdraagzaam
I.intolerantII.unduldsam -
5 onverdraagzaam
intoleranteDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > onverdraagzaam
-
6 onverdraagzaam
adj. intolerant -
7 onverdraagzaam
-
8 onverdraagzaam
• incompatible -
9 onverdraagzaam
intolerante -
10 hij is onverdraagzaam tegen/jegens haar
hij is onverdraagzaam tegen/jegens haarVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij is onverdraagzaam tegen/jegens haar
-
11 нетерпимый
onverdraagzaam -
12 intolerante
onverdraagzaamDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > intolerante
-
13 intolerante
onverdraagzaam -
14 intolerable suffering
onverdraagzaam lijden -
15 intolerant
adj. onverdraagzaam[ intollərənt] 〈zelfstandig naamwoord: intolerance〉 -
16 intolérant
intolérant [ẽtolleerã]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:adj -
17 нетерпимый
adjgener. onverdraagzaam -
18 неуживчивый
adjgener. onverdraagzaam -
19 bigoted
-
20 illiberal
adj. onedel, bekrompen; karig, niet liberaal[ illibrəl] 〈zelfstandig naamwoord: illiberality〉
- 1
- 2