-
1 записывать
opschrijven, noteren, aantekenen -
2 записать
opschrijven, noteren, aantekenen -
3 отметить
merken, noteren, aantekenen ; opmerken ; vieren, herdenken -
4 отмечать
merken, noteren, aantekenen ; opmerken ; vieren, herdenken -
5 делать заметки
vgener. noteren, notities maken -
6 заносить
vgener. toestuiven, toewaaien (снегом, песком), aanwaaien (ветром), nabrengen, noteren (в книгу и т.п.) -
7 записывать
vgener. opnemen (на аудио-, видеоноситель), aanschrijven, boekstaven (в летопись и т.п.), optekenen, aanboeken, aankalken, aantekenen, boeken, inschrijven, minuteren, noteren, notities maken, op papfer brengen, op schrift zetten, opschrijven, registreren, schrijven, te boek stellen -
8 котировать
-
9 отмечать
v1) gener. aanstippen (чертой, точкой), aantekenen, markeren, noteren, optekenen, tekenen, aangeven, aankalken, aanschrijven, aanstrepen, aanwijzen, gedenken (событие), herdenken, kenmerken, kentekenen, opschrijven, pointeren -
10 устанавливать цену
vfin. evalueren, noterenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > устанавливать цену
См. также в других словарях:
notieren — Vsw aufschreiben std. (16. Jh.) mit Adaptionssuffix. Entlehnt aus l. notāre, einer Ableitung von l. nota Kennzeichen, Zeichen, Merkmal, Schrift, typographische Zeichen , zu l. nōscere kennenlernen . Abstraktum: Notierung. Ebenso nndl. noteren … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache