-
1 cursive writing
lopend handschrift (waarbij de letters aan elkaar verbonden zijn) -
2 wild fire
lopend vuurtje; weerlicht; dwaallicht -
3 run quantity
lopend aantal -
4 copperplate
n. duidelijk/lopend handschriftcopperplate -
5 current
adj. lopend, aktueel; tegenwoordig; aanwezig--------n. stroom; gang, set (schaken); proces; tendens, richtingcurrent1[ kurrənt]3 loop ⇒ gang, tendens♦voorbeelden:♦voorbeelden:direct current • gelijkstroom————————current21 huidig ⇒ actueel, lopend2 gangbaar ⇒ geldend, heersend♦voorbeelden:1 the current issue of Time • het laatste/nieuwste nummer van Time〈 economie〉 current cost • nieuwwaarde, vervangingswaarde -
6 running
adj. rennend; wegvluchtend, vluchtend; deelnemend aan (bv verkiezingen); vloeibaar--------n. hardlopen; wedstrijd; deelnemer zijn; beweging; vloeibaarrunning1[ running] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 out of/in the running • kansloos/met een goede kans (om te winnen)————————running21 hardlopend ⇒ rennend, hollend3 (door)lopend ⇒ continu, opeenvolgend♦voorbeelden:〈 boekwezen〉 running head(line) • hoofdregel, kopregelrunning stitch • rijgsteekfive times running • vijf keer achter elkaarin running order • goed werkend〈 slang〉 take a running jump • maak dat je weg komt! -
7 abort
v. aborteren, annuleren, verijdelen, aflassen, mislukken; (in computers) een lopend computer procedure of programma verlaten[ əbo:t]1 (doen) aborteren ⇒ een miskraam hebben/opwekken, ontijdig bevallen2 tot een ontijdig einde komen/brengen ⇒ (doen) mislukken; 〈 in het bijzonder luchtvaart, ruimtevaart〉 (de vlucht) voortijdig afbreken♦voorbeelden:abort a pregnancy • een zwangerschap afbreken/onderbreken -
8 ambulatory
adj. ambulant; lopend--------n. wandelpad; (klooster)gang[ æmbjoeleetrie] -
9 bandy
adj. met o-benen--------v. heen en weer smijten; (uit)wisselen; rondbazuinen; ruzie makenbandy1[ bændie] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉————————bandy2〈werkwoord; bandied〉1 heen en weer doen bewegen/gooien♦voorbeelden:bandy words with someone • ruzie maken/woorden hebben met iemandhave one's name bandied about • voortdurend genoemd wordenthe news was quickly bandied about • het nieuws ging als een lopend vuurtje -
10 child
n. kind[ tsjajld] 〈meervoud: children〉4 (geestes)kind ⇒ product, resultaat♦voorbeelden:1 〈 spreekwoord〉 children should be seen and not heard • kinderen moeten stil zijn en in de buurt blijvenfrom a child • van kindsbeen afgreat/heavy with child • op alle dagen lopend, hoogzwanger -
11 conspicuous
adj. verdacht; opvallend; duidelijk[ kənspikjoeəs] 〈 conspicuousness〉1 opvallend ⇒ in het oog lopend, opmerkelijk♦voorbeelden:1 make oneself conspicuous • aandacht trekken, indruk proberen te makenbe conspicuous by one's absence • schitteren door afwezigheid -
12 cowherd
n. veehoeder, persoon die lopend op vee pastcowherd1 koeien/veehoeder -
13 florid
adj. bloemrijk, sierlijk; blozend, hoogrood; gedecoreerd[ florrid] -
14 fore
adj. voor-; voor; voorkant van, aan de voorkant van--------adv. vooruit--------n. voor, voorkant, voor-; voordeel, voorsprongfore1[ fo:] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 to the fore • beschikbaar, in het oog lopend————————fore21 vooraan ⇒ voor, naar voren♦voorbeelden:————————fore3〈 tussenwerpsel〉 〈 golf〉 -
15 great/heavy with child
great/heavy with childop alle dagen lopend, hoogzwanger -
16 italic
n. hellende letter, italic (soort letter in druk)italic1[ itælik] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk meervoud〉♦voorbeelden:printed in italics • cursief gedrukt, gecursiveerd————————italic2♦voorbeelden:italic type • cursief, cursieve drukletter -
17 liable
adj. schuldig; verantwoordelijke; is verantwoordelijk; verplicht; is in staat om-(meestal in negatieve zin); bestemd voor- (in negatieve zin); -staat hem te wachten[ lajjəbl]♦voorbeelden:make oneself liable to • zich blootstellen aanliable to penalty • strafbaar4 liable to colds • gauw/vaak verkouden -
18 ongoing research
-
19 ongoing
adj. voortdurend, aanhoudend--------n. vooruitgang; het plaatsvindenongoing1 voortdurend ⇒ aanhoudend; doorgaand♦voorbeelden: -
20 operating
adj. operatie-; van een operatie; bedienen (van apparatuur); bediener, operateur; werkzaamheid--------n. het in werking stellen[ oppəreeting]1 werkzaam ⇒ (goed) functionerend/lopend♦voorbeelden:operating expenses • bedrijfskosten
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Krause (Musikerin) — Krause (* 29. Februar 1972 in Johannesburg; bürgerlich Suzanne Clermonts) ist eine niederländische Sängerin und Musikerin. Inhaltsverzeichnis 1 Biografie 2 Diskografie 2.1 Alben 2.2 … Deutsch Wikipedia
Hanns-Martin Wagner — (* 15. September 1962 in Dillenburg) ist ein Schweizer Künstler. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Ausstellungen (Auswahl) 3 Werke (Auswahl) 4 … Deutsch Wikipedia
Corpse Candle — (Corps Can del) Variations: Brünnlig, Buchelmännle, Corpse Sans Âme, Dichepot, Draulicht, Dröglicht, Druckfackel, Dwallicht, Dwerlicht, Earthlights, Erlwischen, FEU FOLLET ( Foolish Fire ), Flackerfür, Flämmstirn, Follet, Friar s Lantern, Fuchtel … Encyclopedia of vampire mythology