-
1 lodge
n. hut; tijdelijke schuilplaats; hotel in een vakantiegebied; bureau--------v. wonen, inwonen; logeren; overnachten; slapen; voeden; prikken, geprikt worden; serveren; voorstellen; deponeren; volmachtenlodge1[ lodzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————lodge21 verblijven ⇒ (tijdelijk) wonen, logeren2 vast komen te zitten ⇒ blijven steken/zitten♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 onderdak geven ⇒ logeren, (tijdelijk) huisvesten2 bevatten3 plaatsen ⇒ (vast)zetten, leggen♦voorbeelden: -
2 lodger
См. также в других словарях:
ЕЗЕРСКИЙ — (Jezierski), Францишек Салезы (ок. 1740 – 14 февр. 1791) – польский радикальный публицист, д р богословия и философии (с 1783). Примыкал к создавшемуся вокруг Г. Коллонтая кружку под назв. Коллонтаевская кузница . Произведения Е. утверждали… … Философская энциклопедия