-
1 inblazen
1 [door blazen inkomen] blow in(to)♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:iemand moed inblazen • infuse someone with courage -
2 inblazen
1 insuffler (qc. à qn.) 〈 ook figuurlijk〉 -
3 inblazen
вдуть; вдохнуть; подсказать* * *гл.1) общ. вдувать, подстрекать2) перен. внушать, побуждать -
4 inblazen
v. breathe into; drive, spur -
5 inblazen
inspirer -
6 nieuw leven inblazen
nieuw leven inblazen -
7 een onderneming nieuw leven inblazen
een onderneming nieuw leven inblazenbreathe/inject new life into a firmVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een onderneming nieuw leven inblazen
-
8 iemand moed inblazen
iemand moed inblazenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand moed inblazen
-
9 iets nieuw leven inblazen
iets nieuw leven inblazenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets nieuw leven inblazen
-
10 nieuw leven inblazen
прил.общ. вдохнуть новую жизнь -
11 nieuw leven inblazen
v. breathe new life into -
12 einblasen
-
13 breathe new life into
-
14 breathe
v. ademen; fluisteren; eruit halen[ brie:ð]2 op adem komen ⇒ uitblazen, bijkomen♦voorbeelden:〈 informeel〉 as I live and breathe • hoe is het mogelijk!breathe in • inademenbreathe out • uitademenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 inademen3 inblazen ⇒ ingeven, inboezemen4 fluisteren ⇒ uiting geven aan, (zachtjes) zeggen♦voorbeelden:don't breathe a word of this! • praat je mond niet voorbij! -
15 inject
-
16 ressusciter
ressusciter [reesuusietee]1 herleven ⇒ opleven, weer tot bloei komenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:v1) herleven, opleven6) reanimeren -
17 revigorer
-
18 vivifier
vivifier [vieviefjee]〈 werkwoord〉1 opwekken ⇒ krachtig maken, versterkenv1) opwekken, versterken3) levend maken4) bezielen -
19 insuffler
-
20 вдохнуть
inademen, ademhalen ; inboezemen, inblazen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский
inblazen
Страницы