-
21 door brand/regen beschadigde goederen
door brand/regen beschadigde goederenfire-/rain-damaged goodsVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door brand/regen beschadigde goederen
-
22 door dat te doen had hij geen recht van spreken meer
door dat te doen had hij geen recht van spreken meerVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door dat te doen had hij geen recht van spreken meer
-
23 door de band
door de band -
24 door de bank (genomen)
door de bank (genomen)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de bank (genomen)
-
25 door de brand raakten de platen van het schip ontzet
door de brand raakten de platen van het schip ontzetVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de brand raakten de platen van het schip ontzet
-
26 door de computer bestuurd
door de computer bestuurdVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de computer bestuurd
-
27 door de computer verwerkbare gegevens
door de computer verwerkbare gegevensVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de computer verwerkbare gegevens
-
28 door de critici toegejuicht worden
door de critici toegejuicht wordenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de critici toegejuicht worden
-
29 door de douane gaan
door de douane gaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de douane gaan
-
30 door de drukte heb ik de bestelling vergeten
door de drukte heb ik de bestelling vergetenit was so busy/hectic I forgot the orderVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de drukte heb ik de bestelling vergeten
-
31 door de eenzaamheid stompt hij af
door de eenzaamheid stompt hij afVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de eenzaamheid stompt hij af
-
32 door de golfslag slijten die oevers voortdurend af
door de golfslag slijten die oevers voortdurend afVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de golfslag slijten die oevers voortdurend af
-
33 door de grond (kunnen) gaan/zinken van schaamte
door de grond (kunnen) gaan/zinken van schaamteVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de grond (kunnen) gaan/zinken van schaamte
-
34 door de hitte bevangen
door de hitte bevangenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de hitte bevangen
-
35 door de hoge arbeidslonen
door de hoge arbeidslonenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de hoge arbeidslonen
-
36 door de huwelijksband gebonden
door de huwelijksband gebondenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de huwelijksband gebonden
-
37 door de knieën gaan
door de knieën gaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de knieën gaan
-
38 door de mangel gehaald worden
door de mangel gehaald wordenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de mangel gehaald worden
-
39 door de mazen (van het net) glippen
door de mazen (van het net) glippenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de mazen (van het net) glippen
-
40 door de mazen van de wet kruipen
door de mazen van de wet kruipenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > door de mazen van de wet kruipen
См. также в других словарях:
door — W1S1 [do: US do:r] n [: Old English; Origin: duru door and dor gate ] 1.) the large flat piece of wood, glass etc that you open and close when you go into or out of a building, room, vehicle etc, or when you open a cupboard →↑gate open/close/shut … Dictionary of contemporary English
door — [ dɔr ] noun count *** 1. ) a large flat object you open when you want to enter or leave a building, room, or vehicle: a little house with a red door The door creaked slowly open. There was a draft coming from under the door. open/close/shut the… … Usage of the words and phrases in modern English
Door — Door, n. [OE. dore, dure, AS. duru; akin to OS. dura, dor, D. deur, OHG. turi, door, tor gate, G. th[ u]r, thor, Icel. dyrr, Dan. d[ o]r, Sw. d[ o]rr, Goth. daur, Lith. durys, Russ. dvere, Olr. dorus, L. fores, Gr. ?; cf. Skr. dur, dv[=a]ra.… … The Collaborative International Dictionary of English
door — door, gate, portal, postern, doorway, gateway are comparable chiefly as meaning an entrance to a place. Door applies chiefly to the movable and usually swinging barrier which is set in the opening which serves as an entrance to a building or to a … New Dictionary of Synonyms
door — door; door·brand; door·less; door·man; door·stead; door·ward; in·door; maz·door; out·door; tan·door; door·wards; ten·door; … English syllables
door — [dôr] n. [ME dure, dor < OE duru fem. (orig., pair of doors), dor neut., akin to Ger tür, door, tor, gate < IE base * dhwer , *dhwor , door > L fores (pl. of foris), two leaved door, Gr thyra, door (in pl., double door)] 1. a movable… … English World dictionary
door — M.E. merger of O.E. dor (neut.; pl. doru) large door, gate, and O.E. duru (fem., pl. dura) door, gate, wicket, both from P.Gmc. *dur (Cf. O.S. duru, O.N. dyrr, Dan. dèr, O.Fris. dure, O.H.G. turi, Ger. Tür), from PIE … Etymology dictionary
Door — ist der Familienname folgender Personen: Anton Door (1833–1919), Wiener Konzertpianist Daisy Door (* 1943; eigentlich Evelyn van Ophuisen), deutsche Schlagersängerin Door bezeichnet weiterhin: Door County, einen County im US Bundesstaat Wisconsin … Deutsch Wikipedia
door — ► NOUN 1) a movable barrier at the entrance to a building, room, or vehicle, or in the framework of a cupboard. 2) the distance from one building in a row to another: he lived two doors away. ● lay at someone s door Cf. ↑lay at someone s door ●… … English terms dictionary
Door — (spr. Dohr), Grafschaft im Staate Wisconsin von Nordamerika, 19 QM., eine Halbinsel zwischen dem Michigan See u. der Green Bai bildend; erst 1850 von der Grafschaft Brown getrennt; Hauptort: Gibraltar … Pierer's Universal-Lexikon
Door — Door, Anton, Pianist, geb. 20. Juni 1833 in Wien, Schüler von Czerny und S. Sechter, konzertierte bereits 1850 erfolgreich in Baden Baden und Wiesbaden, dann mit Ludwig Straus in Italien, bereiste 1856–57 Skandinavien und wurde in Stockholm zum… … Meyers Großes Konversations-Lexikon