-
1 concluderen
konklúDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > concluderen
-
2 infer from
concluderen uit -
3 заключать
inhouden, bevatten ; besluiten, concluderen ; sluiten ; besluiten, concluderen ; afsluiten, eindigen -
4 infer
v. concluderen; aanduiden, aanwijzen; aannemen (van een veronderstelling) -
5 déduire
déduire [deedŵier]1 aftrekken (van) ⇒ korten (op), inhouden (op)2 afleiden (uit) ⇒ concluderen, gevolgtrekking maken, deduceren (uit)1 afgeleid worden (uit) ⇒ geconcludeerd worden (uit), volgen, voortvloeien (uit)v1) aftrekken (van), korten (op)2) afleiden (uit), concluderen -
6 folgern
-
7 заключить
sluiten ; besluiten, concluderen ; afsluiten, eindigen -
8 выводить заключение
vgener. concluderenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > выводить заключение
-
9 делать вывод
vgener. concluderen, een gevolgtrekking afleiden -
10 заключать
vgener. decideren, aangaan, besluiten, sluiten (договор, брак и т.п.), behelzen, bevatten, concluderen, herbergen (в себе), omvangen, opsluiten -
11 заключить
vgener. concluderen (uit èç), afsluiten -
12 приходить к заключению
vgener. besluiten, concluderenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > приходить к заключению
-
13 conclude
v. tot de conclusie komen; afmaken, beëindigen[ kənkloe:d]1 eindigen ⇒ ten einde komen, aflopen2 tot een conclusie/besluit/akkoord komenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 beëindigen ⇒ (af/be)sluiten, afronden3 concluderen ⇒ afleiden, vaststellen♦voorbeelden: -
14 gather
n. bijeenkomst; vouw (in kleding)--------v. verzamelen; verzamelen; binnenhalen; krijgen; samentrekken; opmaken; oogstengather1[ gæðə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————gather23 toenemen ⇒ (aan)groeien, stijgen5 plooien, rimpelen♦voorbeelden:gather round someone/something • zich rond iemand/iets scharenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 〈 benaming voor〉 verzamelen ⇒ samenbrengen, bijeenroepen; op(een)hopen, op(een)stapelen; vergaren, inzamelen; plukken, oogsten; oprapen4 opmaken ⇒ afleiden, concluderen5 opsommen♦voorbeelden:gather wood • hout sprokkelengather in • binnenhalen, oogsten; opstrijkengather together • verzamelen, bijeenroepengather up • oprapen, bij elkaar nemen, optrekken 〈 benen〉; opsteken 〈 haar〉; verzamelen 〈 gedachten〉gather oneself up/together • zich oprichten/vermannengather oneself for something • zich voor iets gereed maken4 he's gone to work, I gather • hij is naar z'n werk, begrijp ikgather from • afleiden/opmaken uitI gather that • ik krijg de indruk dat -
15 generalize
-
16 thence
-
17 wind up
opwinden; eindigen, concluderen; zich laten opwinden[ wajnd up]♦voorbeelden:you'll wind up with an ulcer • jij loopt nog eens een maagzweer op1 besluiten ⇒ beëindigen, afronden♦voorbeelden:1 wind up a conversation/project • een gesprek/project beëindigen2 omhoogdraaien ⇒ ophalen/hijsen♦voorbeelden:3 be/get wound up • opgewonden zijn/raken -
18 concludable
adj. samen te vatten; op te lossen; te concluderen; te verplichten -
19 arguer
arguer [aarguu.ee]♦voorbeelden:arguer que • zich beroepen op het feit datII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
20 konklú
afleiden [v], besluiten [v], concluderen [v], een gevolgtrekking maken [v]
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Oera Linda Book — Page 48 of the Oera Linda manuscript The Oera Linda Book is a 19th century manuscript written in Old Frisian. It purports to cover historical, mythological, and religious themes of remote antiquity, compiled between 2194 BC and AD 803. The… … Wikipedia