-
1 bijeenrapen
-
2 bijeenrapen
-
3 bijeenrapen
второпях (поспешно) подобрать; наскоро собрать; всякая всячина* * *гл.общ. собирать всё, что попало под руку, хватать -
4 bijeenrapen
v. collect, gather -
5 al zijn moed bijeenrapen
al zijn moed bijeenrapenmuster/summon up one's courageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > al zijn moed bijeenrapen
-
6 al zijn moed bijeenrapen/verzamelen
al zijn moed bijeenrapen/verzamelenmuster up/summon up/pluck up one's courageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > al zijn moed bijeenrapen/verzamelen
-
7 snippers papier bijeenrapen
snippers papier bijeenrapenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > snippers papier bijeenrapen
-
8 muster
n. appel; inspectie; (laten)verzamelen; namenlijst (bij leger); bijeen roepen--------v. zich verzamelen, bijeenkomen; verzamelen, bijeenroepenmuster1♦voorbeelden:————————muster2♦voorbeelden:muster out • afzwaaienII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
9 glaner
-
10 bijeenscharrelen
→ link=bijeenrapen bijeenrapen -
11 собирать всё, что попало под руку
vgener. bijeenrapenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > собирать всё, что попало под руку
-
12 хватать
vgener. aanpakken, vastpakken, aangrijpen, beethebben, grijpen, knappen, pakken, snappen, strekken, toekomen, toepakken, toetasten, vatten, beetpakken, bijeenrapen, genoeg zijn, grabbelen, happen, naar (iets) graaien (что-л.), opvangen, reiken, toegrijpen, toereiken, volstaan -
13 collect one's thoughts/ideas
collect one's thoughts/ideas -
14 collect
adj. telefoongesprek waarbij degene naar wie wordt getelefoneerd het gesprek betaalt--------n. een kort gebed--------v. collecteren; verzamelen; ophalen, afhalencollect1♦voorbeelden:call me collect • bel me maar op mijn kosten————————collect21 zich verzamelen ⇒ zich ophopen, samenkomenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 innen ⇒ incasseren, collecteren♦voorbeelden:collect oneself • zijn zelfbeheersing terugkrijgen -
15 muster up one's courage
muster up one's courage -
16 scratch
n. schram; krab, -krab; onaangenaam geluid; gegier; gekraak; gekrabbel; beginpunt; vanaf het begin; nul; geld (slang)--------v. schrammen; krabben, -krab; onaangenaam geluidmaken; gieren; kraken; krassen, met moeite behalen; uitwissenscratch1[ skrætsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:bring someone up to scratch for a test • iemand klaarmaken voor een testcome up to scratch • het halen/reddenit comes up to scratch • het voldoet————————scratch2♦voorbeelden:————————scratch3♦voorbeelden:1 krassen ⇒ (zich) krabben, krassen maken/krijgen (in)♦voorbeelden:¶ 〈 spreekwoord〉 you scratch my back and I'll scratch yours • als de ene hand de andere wast, dan zijn ze beide schoon♦voorbeelden: -
17 courage
courage [koeraazĵ]〈m.〉1 moed ⇒ dapperheid, onverschrokkenheid, durf2 inzet ⇒ ijver, vastbeslotenheid♦voorbeelden:n'écouter que son courage • niet aan gevaar denkenmontrer beaucoup de courage • zich flink gedragenprendre son courage à deux mains • de stoute schoenen aantrekken, al z'n moed bijeenrapenavec courage • dapper, flink2 avec courage • ijverig, vastbesloten(bon) courage! • sterkte!m1) moed, dapperheid, durf2) geestkracht, wilskracht3) ijver -
18 prendre son courage à deux mains
prendre son courage à deux mainsde stoute schoenen aantrekken, al z'n moed bijeenrapenDictionnaire français-néerlandais > prendre son courage à deux mains
-
19 собирать всё, что попало под руку
vgener. bijeenrapenDutch-russian dictionary > собирать всё, что попало под руку
-
20 хватать
vgener. aanpakken, vastpakken, aangrijpen, beethebben, grijpen, knappen, pakken, snappen, strekken, toekomen, toepakken, toetasten, vatten, beetpakken, bijeenrapen, genoeg zijn, grabbelen, happen, naar (iets) graaien (что-л.), opvangen, reiken, toegrijpen, toereiken, volstaan
- 1
- 2