-
1 zitvlak
-
2 zitvlak
-
3 zitvlak
-
4 zitvlak
n. seat, bottom, buttocks, slack of the trousers, nates, posterior, fanny -
5 zitvlak
croupe, cul, derrière -
6 zitvlak
kul -
7 krent
коринка; крохобор, жмот; крохоборка* * *сущ.общ. коринка, короста, скупой, зад, седалище, ягодицы (syn.: achterdeel, achterste, bips, derriãre, kont, zitvlak), лишай, скряга, цветок, дерево, растение -
8 зад
ngener. stuit, achterdeel, achterste, zitdelen (человека), zitvlak (человека) -
9 зад, седалище, ягодицы
ngener. krent (syn.: achterdeel, achterste, bips, derriãre, kont, zitvlak) -
10 achterwerk
-
11 bil
♦voorbeelden:een kind voor de billen geven • donner la fessée à un enfant -
12 krent
♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 hij heeft de krenten uit de pap gehaald • 〈m.b.t. voorwerpen〉 il a pris ce qu'il y avait de meilleur; 〈m.b.t. werk〉 il s'est réservé la meilleure part du travail -
13 achterste
I 〈 het〉1 [het achtereinde] back (part)♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 niet het achterste van zijn tong laten zien • not speak one's true mind, not lay all one's cards on the tablehet achterste voor • backwards1 [met betrekking tot plaats] back one ⇒ hindmost/rear(most) one -
14 achterwerk
2 [deel van een werk/toestel/boek] back (part)♦voorbeelden: -
15 bil
1 [deel van het zitvlak] buttock2 [bovenbeen] thigh♦voorbeelden:1 dikke/blote billen • a fat/bare bottomeen kind op/voor de billen geven • smack a child's bottom〈 spreekwoord〉 wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten • as you sow, so shall you reap -
16 kont
2 [informeel] [lichaam] 〈zie voorbeelden 2〉♦voorbeelden:je kunt hier je kont niet keren • you couldn't swing a cat hereje kan m'n kont kussen • kiss my arse!een schop onder/voor je kont • a kick in the pantsop zijn (luie) kont blijven zitten • sit around on one's ass2 in zijn blote kont • in the altogether, in one's birthday suitdure kleren aan z'n kont hebben • be dressed expensively -
17 kontje
1 [duw tegen iemands zitvlak] ±boost ⇒ leg up♦voorbeelden: -
18 krent
I 〈de〉1 [gedroogde druif] currant2 [zitvlak] backside♦voorbeelden:II 〈 de (mannelijk)〉1 [gierigaard] skinflint -
19 kruis
1 [lichaam, figuur; teken voor verenigingen] cross2 [strafpaal] cross5 [figuurlijk] [beproeving] cross6 [rooms-katholiek] [kruisgebaar] (sign of the) cross7 [met betrekking tot munten] head9 [stuit, (van dieren) het hogere deel op de rug] small of the back 〈 van mens〉; croup 〈 van dieren〉♦voorbeelden:een kruis zetten onder een stuk, een stuk tekenen met een kruis • make one's mark/put one's X (on a document)iemand aan het kruis slaan • nail someone to the crossdeze broek is te nauw in het kruis • these trousers are too tight in the crotch7 kruis of munt? • heads or tails?we zullen kruis of munt doen • we'll toss for itdit stuk heeft vier kruisen • this piece is in four sharps
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Пенджабский
- Русский
- Французский