-
1 back road
zijweg -
2 side parting
zijweg -
3 byway
-
4 боковая дорога
adjgener. bijweg, zijpad, zijweg -
5 окольный путь
adjgener. achterom, bijweg, omweg, zijpad, zijweg -
6 feeder
n. voeder, iemand die voedt; voeder[ fie:də]1 eter2 mestdier4 toevoerinrichting ⇒ voedingskabel, hoofdleiding; aanvoerkanaal; vultrechter5 〈 vaak attributief〉 aftakking ⇒ zijweg, aanvoerweg; plaatselijke (lucht- of spoor)verbinding; zijrivier 〈enz.〉 -
7 side-road
-
8 bypath
n. zijpad, zijweg -
9 intrusion-tracking dirt road
binnendringende zijweg (bedekte weg die doortrekt langs de veiligheidsstrook) -
10 chemin
chemin [sĵəmẽ]〈m.〉2 weg ⇒ traject, afstand3 weg ⇒ richting, toegangsweg4 weg ⇒ wijze, middel5 loper♦voorbeelden:chemin de ronde • weergang, omloopchemin de roulement • taxibaanchemin de traverse • zijwegvoleur de grand chemin • struikroveren chemin • onderwegtrouver qc. sur son chemin • iets op zijn weg vindenfaire du chemin • goed opschietenchemin faisant • onderwegpasser son chemin • z'n weg vervolgen, verder gaanprendre le chemin des écoliers • de langste weg nemens'arrêter en chemin • halverwege ophoudenrebrousser chemin • op zijn schreden terugkerenrester dans le droit chemin • op het rechte pad blijvensortir du droit chemin • van het rechte pad afrakenfaire son chemin • het ver brengenouvrir, tracer, montrer le chemin • het voorbeeld gevenne pas y aller par quatre chemins • recht op zijn doel afgaan→ bonhommeles chemins de fer • de spoorwegen(voyager) en chemin de fer • per trein (reizen)m1) weg2) loper [trap, tafel] -
11 chemin de traverse
chemin de traverse -
12 Abzweig
-
13 Abzweigstelle
-
14 Abzweigung
-
15 Seitenweg
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский