-
1 verzekeren
1 [algemeen] assurer♦voorbeelden:de rust van een land verzekeren • assurer la tranquillité d'un payszich verzekeren (tegen) • s'assurer (contre)iemand van iets verzekeren • assurer qn. de qc.ik ben voor ƒ 100.000,- verzekerd • je suis assuré jusqu'à concurrence de 100.000 florinsde advocaat verzekerde zijn cliënt dat … • l'avocat assura à son client que …ik verzeker u dat er goed voor gezorgd zal worden • je vous garantis qu'on s'en occupera bienII 〈wederkerend werkwoord; zich verzekeren〉1 [voor zijn gebruik verwerven] s'assurer (de qc.)♦voorbeelden: -
2 zich van een goede plaats verzekeren
zich van een goede plaats verzekerenDeens-Russisch woordenboek > zich van een goede plaats verzekeren
Перевод: со всех языков на французский
с французского на все языки- С французского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский