-
41 phénoménal
phénoménal [feenommeenaal],phénoménaux [feenommeenoo]1 buitengewoon ⇒ wonderbaarlijk, opmerkelijkadj1) buitengewoon2) fenomenaal -
42 asombroso
bevreemdend, verbazingwekkend, verwonderlijk, wonderbaarlijkDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > asombroso
-
43 milagroso
miraculeus, wonderbaar, wonderbaarlijk, wonderdadig, wonderdoendDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > milagroso
-
44 дивный
adjgener. wonder, wonderbaar, wonderbaarlijk -
45 диковинный
adjgener. raar, wonderbaar, wonderbaarlijk, zonderbaar, zonderling -
46 удивительный
adjgener. gaaf, te gek, geweldig, verbazingwekkend, verwonderlijk, bevreemdend, buitenissig, miraculeus, mirakuleus, verbazend, wonder, wonderbaar, wonderbaarlijk -
47 чудесный
-
48 wunderbar
-
49 wundersam
-
50 asombroso
bevreemdend, verbazingwekkend, verwonderlijk, wonderbaarlijk -
51 milagroso
miraculeus, wonderbaar, wonderbaarlijk, wonderdadig, wonderdoend
Страницы