-
1 Wolken wandern am Himmel
Wolken wandern am HimmelWörterbuch Deutsch-Niederländisch > Wolken wandern am Himmel
-
2 am Horizont zeigten sich die ersten Wolken
am Horizont zeigten sich die ersten WolkenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > am Horizont zeigten sich die ersten Wolken
-
3 dunkle Wolken ziehen am Horizont auf
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > dunkle Wolken ziehen am Horizont auf
-
4 hinter die Wolken treten
hinter die Wolken tretenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > hinter die Wolken treten
-
5 schwere Wolken bauten sich auf
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > schwere Wolken bauten sich auf
-
6 aus allen Wolken fallen
aus allen Wolken fallenplotseling ontnuchterd, teleurgesteld zijn -
7 der Himmel überzieht sich mit Wolken
der Himmel überzieht sich mit WolkenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > der Himmel überzieht sich mit Wolken
-
8 die Wolken reißen auf
de lucht breekt, scheurt open -
9 seed a cloud
wolken zaaien (voor het doen regenen) -
10 Wolke
Wolke〈v.; Wolke, Wolken〉♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 dunkle Wolken ziehen am Horizont auf • donkere wolken pakken zich samen aan de horizonauf Wolken, in den Wolken, über den Wolken schweben • niet met beide benen op de grond staanaus allen Wolken fallen • plotseling ontnuchterd, teleurgesteld zijnvon keinem Wölkchen getrübt sein • door niets verstoord, overschaduwd worden -
11 cloud
n. wolk; schaduw--------v. bedrukken; belasten; verdoezelencloud1[ klaud]♦voorbeelden:he is somewhat up in the clouds • hij is een beetje een fantastunder a cloud • uit de gratie, in diskrediet♦voorbeelden:————————cloud2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
12 ennuager
ennuager [ãnuu.aazĵee]1 bewolken ⇒ met wolken overdekken, in wolken hullenv( s'ennuager) betrekken, bewolkt worden -
13 cloud-capped
cloud-capped -
14 overjoyed
-
15 scattered clouds
verspreide wolken (van elkaar verwijderde wolken en over hemel verspreid) -
16 planer
-
17 aufbauen
aufbauenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 weer opbouwen, herbouwen6 baseren, doen steunen♦voorbeelden:eine Maschine aufbauen • een machine monteren5 ein gut aufgebauter Roman • een goed gebouwde, gestructureerde roman2 ontstaan, zich vormen5 〈 scheikunde〉samengesteld, opgebouwd zijn♦voorbeelden:2 da baut sich ein neues Tief auf • daar ontstaat, vormt zich een nieuwe depressie -
18 treten
treten♦voorbeelden:1 (bitte,) treten Sie näher! • komt u maar!ans Fenster treten • aan het raam komen, naar het raam lopenauf den Balkon treten • op het balkon komen, het balkon betredenaus dem Haus, der Tür treten • het huis, de deur uitkomendurch die Tür treten • door, via de deur (naar binnen, buiten) komenhinter eine Säule treten • achter een pilaar gaan staanhinter die Wolken treten • achter de wolken verdwijnenin sein 40. Jahr treten • zijn 40e (jaar) ingaanin Verhandlungen treten • in onderhandeling tredenins Zimmer treten • de kamer binnenkomen, betredennach hinten treten • (een paar passen) achteruitgaaner trat neben mich • hij kwam naast me staanvor den Spiegel treten • voor de spiegel gaan staaner trat zu mir • hij kwam naar me toezwischen die Streitenden treten • tussen de strijdende, ruziënde partijen in gaan staan〈 figuurlijk〉 es darf nichts zwischen dich und mich treten • er mag niets tussen jou en mij in komengegen die Tür treten • tegen de deur schoppen, trappen〈informeel; figuurlijk〉 nach oben buckeln, nach unten treten • naar boven likken, naar onderen trappen3 in einen Verein treten • tot een vereniging toetreden, lid worden van een verenigingII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 treden, bespringen 〈 mannelijke vogel〉♦voorbeelden:1 die Bremse, Pedale treten • op de rem, pedalen trappen3 einen Elfmeter treten • een penalty, strafschop nemen -
19 wandern
wandern〈 sein〉♦voorbeelden:1 ein wandernder Händler • een marktkramer, venterwandernde Völker • nomadenvolkenWolken wandern am Himmel • wolken trekken langs de hemel -
20 zeigen
zeigen1 (aan)wijzen ⇒ aangeven, aanduiden♦voorbeelden:der Zeiger zeigt auf hundert Volt • de naald geeft honderd volt aanII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (ver)tonen, laten zien, wijzen ⇒ uiten, doen blijken♦voorbeelden:das Thermometer zeigte siebzehn Grad • de thermometer stond op zeventien gradenjemandem den Weg zeigen • iemand de weg wijzenwas zeigt die Waage? • wat geeft de weegschaal aan?♦voorbeelden:sich jemandem gefällig zeigen • vriendelijk, aardig voor iemand zijnich zeigte mich seinem Plan gewogen • ik stond welwillend tegenover zijn planam Horizont zeigten sich die ersten Wolken • aan de horizon verschenen de eerste wolkensich in seiner wahren Gestalt zeigen • zijn ware aard, gezicht laten ziener zeigte sich als schlechter Verlierer • hij toonde zich een slecht verliezeres zeigte sich, dass … • het bleek dat …
См. также в других словарях:
Wolken — Wolken … Wikipédia en Français
Wolken [1] — Wolken (hierzu Tafel »Wolkenformen«), Anhäufungen von Wassertröpfchen oder Eisnadeln, die sich vom Nebel dadurch unterscheiden, daß sie sich in höhern Luftschichten befinden. Nebel auf Bergen erscheint von unten als Wolke. Gewöhnlich bilden sich… … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Wolken — bezeichnet: Wolken (bei Koblenz), Gemeinde im Landkreis Mayen Koblenz Ortsteil der Stadt Bützow im Landkreis Rostock Die Wolken, eine Komödie von Aristophanes Wolken ist der Familienname folgender Personen: Karl Alfred Wolken (* 1929 ), deutscher … Deutsch Wikipedia
Wolken [2] — Wolken, 1) Nebelsternmassen, so v.w. Magelhaens Wolken; 2) (große u. kleine W.), ebenfalls Nebelsternmassen, so v.w. Kohlensäcke; 3) W. u. Wolkenschnitt, eine besondere Theilung des Schilds, s.d. S. 177 … Pierer's Universal-Lexikon
Wölken — Wölken, verb. regul. act. mit Wolken überziehen. Der Himmel wölket sich. Figürlich, mißvergnügt machen. Was wölket deine sonst heitre Stirn? … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
Wolken [1] — Wolken, ein atmosphärischer, in der Luft schwebender, in Masse zusammengehäufter sichtbarer Niederschlag. Ein jeder Raum (gleichviel ob luftleer od. lufthaltig) kann bei einer gegebenen Temperatur nur eine ganz bestimmte Menge Wasserdampf als… … Pierer's Universal-Lexikon
Wolken [2] — Wolken, in der Heraldik, s. Pelzwerk … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Wolken — Wolkenformen … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Wolken — Wolken, in höheren Schichten auftretende Nebel, wie dieser aus seinen Wassertröpfchen (nicht, wie man früher annahm, aus Wasserbläschen) bestehend. Vgl. Hann, Lehrbuch der Meteorologie, 2. Aufl., Leipzig 1906. Großmann … Lexikon der gesamten Technik
Wolken — Wolken, in der Luft oder an Bergspitzen schwebende, auf der Erdoberfläche Nebel genannte Massen feiner Wassertröpfchen oder Bläschen oder auch Eisnadeln, erzeugt durch den Niederschlag aufgelösten Wasserdampfes bei der Mischung wasserdampfreicher … Kleines Konversations-Lexikon
Wolken — Wolken, bilden sich aus den Dünsten, welche aus Flüssen, Seen, Sümpfen, dem Meere etc. in die Höhe steigen und sobald sie in eine dünne, kalte Luftschicht gelangen, sich verdichten. Ihre Dicke ist natürlich verschieden, doch will man bemerkt… … Damen Conversations Lexikon