-
1 wegsterven
-
2 вымирать
vgener. wegsterven, uitsterven -
3 замирать
vgener. sterven, wegsterven (о звуке), wegzakken (о звуках), besterven, treuren (о природе), verdoffen (о звуках) -
4 отмирать
vgener. afsterven, versterven, wegsterven -
5 умирать
v1) gener. srerven, afsterven, besterven, bezwijken (aan, van-îò ÷åãî-ô.), heengaan, omkomen, sterven, versterven, de doodsslaap ingaan, de laatste adem uitblazen, de weg van alle vlees gaan, dood gaan, kapoeres gaan, naar het pierenland gaan, op het uiterste liggen, uit het leven scheiden, veeg liggen, (медленно) wegsterven, zieltogen2) colloq. uitstappen
Перевод: со всех языков на русский
с русского на все языки- С русского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский