-
1 vurenhout
-
2 vurenhout
-
3 vurenhout
n. deal wood -
4 vurenhout
• deal• white wood -
5 vurenhout
-
6 vuren
-
7 wit hout
-
8 wit
wit1〈 het〉1 [kleur] white2 [witte kleren] whites, white goods3 [iets dat wit is] white4 [brood] white (bread)♦voorbeelden:zuiver wit • pure/true/white-white————————wit21 [niet zwart] white2 [met betrekking tot de gelaatskleur] white, pale3 [verkocht beneden de vastgestelde prijs] cut-price ⇒ noname/bargain brand♦voorbeelden:wit maken • whiten, blanchde straat ziet wit van de hagel • the street is white with hail2 hij trok wit weg • he went/turned deathly pale(nog) wit om de neus zien • (still) look green about/the gillshij zag zo wit als een doek/als een lijk/als krijt • he looked/his face was (as) white as chalk/a sheet/a ghost3 witte benzine/sigaretten/grammofoonplaten • cut-price petrol/cigarettes/illegal (record) cuttingseen witte pomp • independent petrol station〈 mythologie〉 witte wijven • ±white witches
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский