-
1 vervaldag
-
2 vervaldag
vervaldag, vervaldatum -
3 vervaldag
-
4 vervaldag
n. due date, maturity, matureness, day of payment -
5 vervaldag
vade günü [-nü] s -
6 vervaldag
échéance -
7 op de vervaldag
op de vervaldagwhen due, upon maturityVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > op de vervaldag
-
8 datum istekanja roka
vervaldag -
9 expiration date
vervaldag -
10 expiration
-
11 loyer
-
12 vervaldatum
→ link=vervaldag vervaldag -
13 vervaldatum
→ link=vervaldag vervaldag -
14 срок платежа
ngener. betalingstermijn, verschijndag, betaaltermijn, betaaltijd, looptijd (по векселю), vervaldag (по векселю и т.п.) -
15 expiry date
-
16 expiration
expiration [ekspieraasjõ]〈v.〉2 afloop ⇒ vervaltijd, einde♦voorbeelden:à l'expiration du bail • bij het aflopen van het huurcontractà l'expiration du délai • bij het verstrijken van de termijnf1) uitademing2) afloop, einde, vervaldag -
17 échéance
échéance [eesĵee.ãs]〈v.〉1 vervaldag ⇒ vervaldatum, verschijndag♦voorbeelden:1 venir à échéance • vervallen, aflopen4 effet à courte, à longue échéance • wissel op kort, lang zicht¶ à brève échéance, à courte échéance • op korte termijn, binnenkortà longue échéance • op lange termijn -
18 срок платежа
ngener. betalingstermijn, verschijndag, betaaltermijn, betaaltijd, looptijd (по векселю), vervaldag (по векселю и т.п.) -
19 betaaldag
1 [dag van uitbetaling] payday2 [handel] [vervaldag] due date, maturity; 〈 vaste geregelde datum〉 quarter/term day♦voorbeelden:2 op de betaaldag • on the due date, at maturity -
20 Stückzinsen
Страницы
- 1
- 2