-
1 uitstippelen
-
2 uitstippelen
♦voorbeelden: -
3 uitstippelen
отметить; наметить* * *гл.общ. делать набросок, набрасывать, намечать -
4 uitstippelen
v. sketch -
5 uitstippelen
1) teckning2) skissera3) skiss -
6 uitstippelen
esquisser, -
7 een plan uitstippelen
een plan uitstippelen -
8 een route uitstippelen
een route uitstippelen -
9 een beleid uitstippelen
een beleid uitstippelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een beleid uitstippelen
-
10 een route uitstippelen
een route uitstippelenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een route uitstippelen
-
11 plannen
-
12 делать концепт или набросок чего-либо
vgener. plannen (uitstippelen)Dutch-russian dictionary > делать концепт или набросок чего-либо
-
13 делать набросок
vgener. afschetsen, uitstippelen -
14 набрасывать
vgener. aansmijten, omgooien (пальто и т.п.), ontwerpen (план, эскиз), aangooien, (бегло) afschaduwen, afschetsen, omhangen, omslingeren (что-л.), overgooien, punteren, uitstippelen -
15 намечать
vgener. punteren, rooien, uitstippelen -
16 beleid
♦voorbeelden:verkeerd/slecht beleid • mismanagementflankerend beleid • flanking measureseen beleid uitstippelen • set out a policyeen beleid voeren • pursue a policy
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский
- Шведский