-
1 вытекать
vgener. leeglopen, uitstromen, uitvloeien, weglopen (о жидкости), gulpen, ontwellen, resulteren, rinnen, uitlekken, uitlopen, vloeien (uit-èç), volgen, voortspruiten, voortvloeien (uit- èç) -
2 делаться известным
Russisch-Nederlands Universal Dictionary > делаться известным
-
3 обнаруживаться
v1) gener. uitkomen, aan de dag komen, aan het licht komen, blijken, blootliggen, doorsijpelen, te voorschijn komen, zich openbaren2) liter. uitlekken -
4 просачиваться
vgener. doorslaan, uitlopen, zijpelen, doorlopen, doorsijpelen, doorsijperen, inwateren, kwellen, siepelen, sieperen, sijpelen, sijperen, uitlekken
Перевод: с русского на нидерландский
с нидерландского на русский- С нидерландского на:
- Русский
- С русского на:
- Нидерландский