-
21 blowup
-
22 boil over
overkoken; koken {van woede}boil over -
23 break-up
break-up -
24 build up
v. opbouwen {iets nieuws}build up1 aangroeien ⇒ toenemen, zich opstapelen♦voorbeelden:tension was building up to a climax • de situatie was gespannen en het dreigde tot een uitbarsting te komenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 opbouwen ⇒ ontwikkelen, tot bloei brengen3 ophemelen ⇒ loven, prijzen♦voorbeelden:build up a firm from scratch • een bedrijf van de grond af opbouwen -
25 burst of anger
-
26 come to the boil
-
27 convulsion
-
28 eructation
n. oprisping, boeren; stoom uitstotend[ irrukteesjn] -
29 fireworks
-
30 flare-up
flare-up1 opflakkering ⇒ uitbarsting, hevige ruzie -
31 flare
-
32 flight
n. vlucht; luchtvaart; tree (trap); vlucht; op de vlucht; troep, zwerm (vogels); voorbijvliegen (tijd)[ flajt]1 vlucht ⇒ het vliegen, baan 〈 van projectiel, bal〉, het vluchten; 〈 figuurlijk〉 opwelling, uitbarsting2 zwerm ⇒ vlucht, troep3 trap♦voorbeelden:1 a flight of imagination • ongebreidelde/tomeloze fantasieput to flight • op de vlucht jagentake (to) flight • op de vlucht slaanin flight • vliegend, tijdens de vluchtflight of capital • kapitaalvlucht〈 Brits-Engels〉 she is in the first flight of • ze hoort bij de beste …, ze zit in de topklasse van -
33 flood of anger
-
34 flood
n. vloed, stroom; overstroming--------v. (over)stromen; buiten zijn oevers treden; (doen) overstromenflood1[ flud] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 vloed2 uitstorting ⇒ stroom, vloed♦voorbeelden:flood of light • zee van lichtflood of rain • stortregenflood of reactions • stortvloed van reacties————————flood2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:they were flooded out • ze werden door het water (uit hun huis) verdrevenwe were flooded (out) with letters • we werden bedolven onder de brieven -
35 lick
n. lik; veeg; klap (slang); uitbarsting van energie, krachtsexplosie--------v. aflikken, likken aan, lekken; (af)ranselen; verslaan; onder de knie krijgenlick1[ lik]1 lik♦voorbeelden:♦voorbeelden:————————lick2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 likken♦voorbeelden:1 lick (something) off/out/up • (iets) af/uit/oplikkenlick bad habits out of someone • slechte gewoontes er bij iemand uit rammen -
36 localize
v. lokaliseren, binnen bepaalde grenzen beperken; (Genetica) identificeren van de lokalisatie van; speciale lokalisatie van een gen lokaliseren in DNAlocalize, localise[ lookəlajz] 〈zelfstandig naamwoord: localization〉1 lokaal/plaatselijk wordenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 lokaliseren ⇒ tot een bepaalde plaats beperken, een plaats toekennen♦voorbeelden:1 they hoped to localize the outbreak of polio • ze hoopten de uitbarsting van polio tot een klein gebied te beperken -
37 outbreak
-
38 outburst of anger
-
39 outcrop
n. het te voorschijn komen; rotsoppervlakte--------v. te voorschijn komen; overschreeuwen[ autkrop]1 〈 geologie〉dagzomende aardlaag/ader -
40 paroxysm of laughter
См. также в других словарях:
Michael Finnissy — (born 17 March 1946) is an English composer and pianist. His music is characterised by the range of extremes often found in his work; opposing binary structures are found commonly, often seen as juxtaposing textures, register and tempi. Many of… … Wikipedia
Kristijna Loonen — (* 26. Juli 1970) ist eine niederländische Langstreckenläuferin. 1992 und 1996 trat sie für ihr Land bei der Crosslauf Weltmeisterschaft an und kam auf den 83. bzw. 68. Platz. 1995 und 1998 nahm sie an der Halbmarathon Weltmeisterschaft teil und… … Deutsch Wikipedia
Loonen — Kristijna Loonen (* 26. Juli 1970) ist eine niederländische Langstreckenläuferin. 1992 und 1996 trat sie für ihr Land bei der Crosslauf Weltmeisterschaft an und kam auf den 83. bzw. 68. Platz. 1995 und 1998 nahm sie an der Halbmarathon… … Deutsch Wikipedia