-
41 truc
n. trick, gimmick, dodgery, gadget -
42 tructoets
• superimpose switch• trick button -
43 afhandig
♦voorbeelden:¶ iemand iets afhandig maken • 〈 op slinkse wijze verkrijgen〉 trick someone out of something; 〈 wegpakken〉 snatch something from someone -
44 bedonderen
〈 informeel〉♦voorbeelden: -
45 bedriegerij
2 [bedrieglijke handeling] trick ⇒ piece of trickery, 〈 voornamelijk met betrekking tot geld〉 fraud, swindle♦voorbeelden: -
46 beduvelen
-
47 bestaat er een maniertje om dat te leren?
bestaat er een maniertje om dat te leren?is there a trick for learning that?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bestaat er een maniertje om dat te leren?
-
48 blijken
♦voorbeelden:1 het bleek een trucje te zijn • it turned out/proved to be a trickdoen blijken van • show, expresslaten blijken • showhij liet er niets van blijken • he gave no sign of itik liet niet blijken dat ik het door had • I did not let on that I knewze liet duidelijk blijken dat … • she made it (abundantly) clear that …dat moet nog blijken • that remains to be seenhet bleek mij/hem dat … • it became clear to me/him that …uit dit alles blijkt, dat … • all this goes to show that …het zal spoedig blijken of hij geschikt is • we shall soon find out if he is suitable -
49 dat is juist de kunst
dat is juist de kunstVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat is juist de kunst
-
50 dat vind ik minderwaardig
dat vind ik minderwaardigVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat vind ik minderwaardig
-
51 de winnende slag
de winnende slagVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de winnende slag
-
52 de wisseltruc toepassen
de wisseltruc toepassenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de wisseltruc toepassen
-
53 die vitaminen hielpen echt
die vitaminen hielpen echtVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > die vitaminen hielpen echt
-
54 dát werkt
dát werkt -
55 een duivelsstreek uithalen
een duivelsstreek uithalenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een duivelsstreek uithalen
-
56 een gemene streek
een gemene streekVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een gemene streek
-
57 een gemene zet
een gemene zet -
58 een geniepige streek
een geniepige streeka sneaky/dirty trickVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een geniepige streek
-
59 een loopje met iemand nemen
een loopje met iemand nemenpull someone's leg, play a trick on someoneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een loopje met iemand nemen
-
60 een minne streek
een minne streeka mean/dirty trickVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een minne streek
См. также в других словарях:
trick — trick … Dictionnaire des rimes
trick — ou tric [ trik ] n. m. • 1773; angl. trick « ruse, stratagème », du norm. trikier (→ tricher) ♦ Jeu Au whist, au bridge, La septième levée, qui est la première (après le « devoir ») à compter un point. ⊗ HOM. Trique. ● trick nom masculin (mot… … Encyclopédie Universelle
trick — [trik] n. [ME trik < NormFr trique < trikier < OFr trichier, to trick, cheat, prob. < VL * triccare, altered < ? LL tricare, to deceive, for L tricari, to make trouble < tricae, vexations, tricks < IE * treik < base * ter … English World dictionary
Trick 77 — Trick 17 wird im Sprachgebrauch als Beschreibung eines Lösungweges bei Problemen verwandt. Einerseits werden damit Lösungwege bezeichnet, die originell oder ungewöhnlich sind. Eine solche Lösung kann jedoch nur bei Erfolg Trick 17 genannt werden … Deutsch Wikipedia
Trick — Trick, n. [D. trek a pull, or drawing, a trick, trekken to draw; akin to LG. trekken, MHG. trecken, trechen, Dan. tr[ae]kke, and OFries. trekka. Cf. {Track}, {Trachery}, {Trig}, a., {Trigger}.] 1. An artifice or stratagem; a cunning contrivance;… … The Collaborative International Dictionary of English
Trick 17 — wird im Sprachgebrauch als Beschreibung eines Lösungsweges bei Problemen verwendet. Einerseits werden damit Lösungswege bezeichnet, die originell oder ungewöhnlich sind. Eine solche Lösung kann jedoch nur bei Erfolg Trick 17 genannt werden, da… … Deutsch Wikipedia
trick — ► NOUN 1) a cunning or skilful act or scheme intended to deceive or outwit someone. 2) a skilful act performed for entertainment. 3) an illusion: a trick of the light. 4) (before another noun ) intended to mystify or trick: a trick question. 5) a … English terms dictionary
Trick — may refer to: * Trick (film), a 1999 American movie * Trick (TV series), a Japanese TV/movie series * Trick, an illusion or act of misdirection, especially a magic trick * Confidence trick, an attempt to intentionally mislead a person or persons… … Wikipedia
trick — n 1 Trick, ruse, stratagem, maneuver, gambit, ploy, artifice, wile, feint are comparable when they mean an act or an expedient whereby one seeks to gain one s ends by indirection and ingenuity and often by cunning. Trick implies cheating or… … New Dictionary of Synonyms
Trick — ist: aus dem Englischen für Kunststück, Streich von franz. trique = Betrug, Kniff ein pfiffiges Kunststück, z. B. beim Zaubern, siehe Zaubertrick oder Kartentrick ein einzelnes Kunststück eines Artisten, siehe Trick (Zirkus) die englische… … Deutsch Wikipedia
trick — [n1] deceit ambush, artifice, blind, bluff, casuistry, cheat, chicanery, circumvention, con*, concealment, conspiracy, conundrum, cover, deception, decoy, delusion, device, disguise, distortion, dodge*, double dealing, duplicity, equivocation,… … New thesaurus