-
1 toelatingsexamen
♦voorbeelden:Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > toelatingsexamen
-
2 toelatingsexamen
-
3 toelatingsexamen
сущ.общ. вступительный экзамен (Проводится в исключительных случаях. Успешные ученики принимаются в уч.учережд. без экзаменов. не очень успешные - по лотерее), приёмный экзамен -
4 toelatingsexamen
aufnahmeprüfung -
5 een toelatingsexamen afleggen
een toelatingsexamen afleggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een toelatingsexamen afleggen
-
6 entrance examination
toelatingsexamen -
7 matriculation exam
toelatingsexamen -
8 matriculation examination
toelatingsexamen -
9 matriculation exams
toelatingsexamen -
10 MCAT
toelatingsexamen voor aankomende studenten in Medicijnen, standaardexamen afgelegd aan alle toekomstige studenten in de medicijnen, in V.S., MCAT--------MCAT (Medical College Admissions Test) -
11 Medical College Admissions Test
toelatingsexamen voor aankomende studenten in Medicijnen, standaardexamen afgelegd aan alle toekomstige studenten in de medicijnen, in V.S., MCAT -
12 toegangsexamen
-
13 вступительный экзамен
adjgener. toelatingsexamen (Проводится в исключительных случаях. Успешные ученики принимаются в уч.учережд. без экзаменов. не очень успешные - по лотерее)Russisch-Nederlands Universal Dictionary > вступительный экзамен
-
14 приёмный экзамен
adjgener. admissie-examen, toelatingsexamen -
15 eleven-plus
-
16 matriculation
n. toelatingsexamen; eindexamen -
17 bac
bac [baak]〈m.〉2 bak ⇒ kuip, trog♦voorbeelden:m1) (veer)pont2) bak, kuip, trog3) baccalaureaat, toelatingexamen voor hoger onderwijs -
18 concours
concours [kõkoer]〈m.〉3 medewerking ⇒ steun, samenwerking♦voorbeelden:1 concours hippique • springconcours, concours hippiquehors concours • buiten mededingingconcours général •〈vergelijkend examen tussen de beste leerlingen van middelbare scholen in Frankrijk〉apporter, prêter son concours à qc. • aan iets meewerkenavec le concours de qn. • met iemands medewerkingm1) wedstrijd2) samenwerking, steun3) toeloop, samenloop -
19 examen
examen [egzaamẽ]〈m.〉1 onderzoek ⇒ beschouwing, analyse♦voorbeelden:esprit d'examen • kritische instellingle libre examen • het vrije onderzoek 〈waarbij alleen geaccepteerd wordt wat door rede of de ervaring wordt ondersteund〉faire l'examen de qc. • iets onderzoekenêtre à l'examen • nog in onderzoek zijnà l'examen • bij het onderzoekexamen de fin d'année, de passage • overgangsexamenexamen de sortie, de fin d'études • eindexamenexamen blanc • proefexamenexamen écrit • schriftelijk examenexamen oral • mondeling examenêtre collé, recalé, refusé à un examen, échouer à un examen • voor een examen zakkenfaire passer un examen • een examen afnemenpréparer un examen • zich op een examen voorbereidense présenter à un examen • opgaan voor een examensubir, passer un examen • een examen doen, afleggenm1) onderzoek, analyse2) examen, toets -
20 baccalauréat
baccalauréat [baakaalorree.aa]〈m.〉1 eindexamen middelbare school ⇒ baccalaureaatsexamen, toelatingsexamen voor de universiteit
- 1
- 2
