-
101 dubbel zes gooien
dubbel zes gooienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dubbel zes gooien
-
102 duur
duur1〈de〉1 [tijdruimte die iets beslaat] duration ⇒ length, 〈 met betrekking tot apparatuur〉 life, 〈 met betrekking tot gevangenisstraf, ambt〉 term2 [tijd dat men het ergens uithoudt] 〈zie voorbeelden 2〉♦voorbeelden:het geschil is al van lange duur • the dispute is of long standingvoor onbepaalde duur in staking gaan • strike for an indefinite periodop de lange duur • in the long run, finallyhet leven is kort van duur • life is short————————duur22 [zwaarwegend, bindend] solemn♦voorbeelden:dure gewoontes • expensive/luxurious habitseen duur hotel • an expensive/plush hotelaan de dure kant • on the pricey sideeen dure tijd • a period/time of high pricesdure vaklui • highly-paid craftsmendie auto is duur (in het gebruik) • that car is expensive to runde stookolie wordt weer duurder • heating oil is going up againhoe duur is die fiets? • how much is that bicycle?dat is te duur voor mij/me te duur • I can't afford itergens duur mee uit zijn • get a bad bargaineen dure plicht • a bounden duty3 dure mensen • chic/posh peoplehij gebruikt graag dure woorden • he likes to use big wordsII 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:1 onze duur betaalde/bevochten vrijheid • our dearly bought/hard-won freedomiets duur betalen • pay a high price for something 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 pay dearly for something -
103 een algemene staking
een algemene stakingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een algemene staking
-
104 een bal terugslaan
een bal terugslaanstrike/hit a ball backVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een bal terugslaan
-
105 een dreigende staking voorkomen
een dreigende staking voorkomenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een dreigende staking voorkomen
-
106 een gelukkige vondst
een gelukkige vondsta lucky strike, a windfallVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een gelukkige vondst
-
107 een goudmijn ontdekken
een goudmijn ontdekkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een goudmijn ontdekken
-
108 een lied aanheffen
een lied aanheffenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een lied aanheffen
-
109 een nieuwe richting inslaan
een nieuwe richting inslaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een nieuwe richting inslaan
-
110 een onaangekondigde staking
een onaangekondigde stakingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een onaangekondigde staking
-
111 een optimistisch/waarschuwend geluid laten horen
een optimistisch/waarschuwend geluid laten horenstrike a note of optimism/warningVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een optimistisch/waarschuwend geluid laten horen
-
112 een preventieve aanval
een preventieve aanvalVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een preventieve aanval
-
113 een staking afkondigen/beëindigen/breken
een staking afkondigen/beëindigen/brekencall/call off/break a strikeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een staking afkondigen/beëindigen/breken
-
114 een staking laten doodbloeden
een staking laten doodbloedenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een staking laten doodbloeden
-
115 een staking uitroepen
een staking uitroepenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een staking uitroepen
-
116 een stoot onder de gordel geven
een stoot onder de gordel geven〈 figuurlijk〉 hit/strike below the beltVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een stoot onder de gordel geven
-
117 een tegenaanval doen
een tegenaanval doencounter, strike/hit backVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een tegenaanval doen
-
118 een tegenstander neerslaan
een tegenstander neerslaanknock/strike down 〈 sport〉 floor an opponentVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een tegenstander neerslaan
-
119 een toets aanslaan
een toets aanslaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een toets aanslaan
-
120 een toets/snaar aanslaan
een toets/snaar aanslaanstrike a key, touch a stringVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een toets/snaar aanslaan
См. также в других словарях:
Strike — Strike, v. t. [imp. {Struck}; p. p. {Struck}, {Stricken}({Stroock}, {Strucken}, Obs.); p. pr. & vb. n. {Striking}. Struck is more commonly used in the p. p. than stricken.] [OE. striken to strike, proceed, flow, AS. str[=i]can to go, proceed,… … The Collaborative International Dictionary of English
Strike — may refer to:Refusal to work or perform* Strike action, also known as a Walkout, a work stoppage by a corporation or public institution * General strike, a strike action by a critical mass of the labor force in a city, region or country *Church… … Wikipedia
strike — 1 vb struck, struck, also, strick·en, strik·ing vi 1: to remove or delete something 2: to stop work in order to force an employer to comply with demands vt 1: to remove or delete from a legal document a … Law dictionary
strike — [strīk] vt. struck, struck or occas. (but for vt. 11 commonly and for vt. 8 & 15 usually) stricken, striking, [ME striken, to proceed, flow, strike with rod or sword < OE strican, to go, proceed, advance, akin to Ger streichen < IE * streig … English World dictionary
Strike — Strike, v. i. To move; to advance; to proceed; to take a course; as, to strike into the fields. [1913 Webster] A mouse . . . struck forth sternly [bodily]. Piers Plowman. [1913 Webster] 2. To deliver a quick blow or thrust; to give blows. [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
strike — ► VERB (past and past part. struck) 1) deliver a blow to. 2) come into forcible contact with. 3) (in sport) hit or kick (a ball) so as to score a run, point, or goal. 4) ignite (a match) by rubbing it briskly against an abrasive surface. 5) (of a … English terms dictionary
strike — {vb 1 Strike, hit, smite, punch, slug, slog, swat, clout, slap, cuff, box are comparable when they mean to come or bring into contact with or as if with a sharp blow. Strike, hit, and smite are the more general terms. Strike, the most general of… … New Dictionary of Synonyms
Strike — Strike, n. 1. The act of striking. [1913 Webster] 2. An instrument with a straight edge for leveling a measure of grain, salt, and the like, scraping off what is above the level of the top; a strickle. [1913 Webster] 3. A bushel; four pecks.… … The Collaborative International Dictionary of English
strike — [v1] hit hard bang, bash, beat, boff, bonk, box, buffet, bump into, chastise, clash, clobber, clout, collide, conk*, crash, cuff*, drive, force, hammer, impel, knock, percuss, plant*, pop*, pound, pummel, punch, punish, run into, slap, slug,… … New thesaurus
Strike — steht für: einen Begriff aus dem Baseball, siehe Strike (Baseball) ein Wurfereignis beim Bowling, siehe Strike (Bowling) den Basispreis eines Optionsscheines, siehe Ausübungspreis eine Filmkomödie aus dem Jahr 1998, siehe Strike! – Mädchen an die … Deutsch Wikipedia
Strike — 〈[straık] m. 6; Sp.〉 1. 〈Bowling〉 vollständiges Abräumen mit dem ersten od. zweiten Wurf 2. 〈Baseball〉 verfehlter Schlag 3. 〈umg.〉 Glücksfall, Treffer (meist als Ausruf der Freude) [engl., „Treffer“] * * * Strike [stra̮ik], der; s, s [engl.… … Universal-Lexikon