-
81 major
major [maazĵor]〈m.〉♦voorbeelden: -
82 manille
manille [maaniej]I 〈m.〉II 〈v.〉 -
83 Nativité
Nativité [naatievietee]〈v.〉 -
84 algun
een paar [N], enige, enkele, sommige, wat -
85 некоторые
adjgener. verschillend, deze en gene, dezen en genen, ettelijke, meerdere, menigeen, sommige -
86 accelerated stochastic approximation
French\ \ approximation stochastique accéléréeGerman\ \ beschleunigte stochastische ApproximationDutch\ \ versnelde stochastische benaderingItalian\ \ accelerata approssimazione stocasticaSpanish\ \ aproximación estocástica aceleradaCatalan\ \ -Portuguese\ \ aproximação estocástica aceleradaRomanian\ \ -Danish\ \ fremskyndet stokastisk tilnærmelseNorwegian\ \ akselerert stokastisk tilnærmingSwedish\ \ påskyndade stokastiska tillnärmningGreek\ \ επιταχυνόμενη στοχαστική προσέγγισηFinnish\ \ kiihtyi stokastinen lähentämisestäHungarian\ \ gyorsított sztochasztikus közelítésérőlTurkish\ \ hızlandırılmış stokastik yaklaştırımEstonian\ \ -Lithuanian\ \ pagreitintoji stochastinė aproksimacijaSlovenian\ \ pospešeno stohastični približevanjuPolish\ \ -Russian\ \ -Ukrainian\ \ -Serbian\ \ -Icelandic\ \ flýta stochastic samræminguEuskara\ \ bizkortu estokastikoa hurbilketaFarsi\ \ -Persian-Farsi\ \ -Arabic\ \ التقريب التصادفي المعجلAfrikaans\ \ versnelde stogastiese benadering (om die konvergensiespoed van sommige tipes stogastiese benaderings te verhoog)Chinese\ \ 加 速 随 机 逼 近Korean\ \ 가속확률근사 -
87 a few
'n paar, enige, enkele, sommige, paar, klomp -
88 any
enigiemand, enkele, enige, iemand, sommige -
89 afscheiden
1 [algemeen] séparer2 [produceren] sécréter♦voorbeelden:zich van een kerkgenootschap afscheiden • être dissident d'une Eglisehet weiland was door een sloot van de weg afgescheiden • un fossé séparait la prairie de la route -
90 bepaald
♦voorbeelden: -
91 hebben
1 [algemeen] avoir2 [verdragen] supporter♦voorbeelden:gelijk hebben • avoir raisonmag ik dat potlood even van je hebben? • je peux t'emprunter ton crayon une seconde?〈 zelfstandig〉 iemands hele hebben en houden • toutes les possessions de qn.(het) met iemand te doen hebben • plaindre qn.dagelijks met iemand te doen hebben • avoir journellement affaire à qn.je hebt alleen maar te doen wat ik zeg • tu n'as qu'à faire ce que je te disgeen klagen hebben • ne pas avoir à se plaindremag ik dat hebben? • je peux l'avoir?iets moeten hebben • vouloir absolument qc.van wie heb je dat? • qui t'a dit ça?hoe laat heb je het? • quelle heure as-tu?hoe heb ik het nu, hoe hebben we het nu met elkaar? • que faut-il penser de tout cela?het druk hebben • être très occupéwij hebben het goed met elkaar • nous nous entendons bienhoe heb ik het nu met je? • qu'est-ce que tu me fais là?ik heb het niet uit mijzelf • je ne l'ai pas inventéhebt u nog iets? • d'autres questions?het heeft er veel van dat … • tout porte à croire que … 〈+ aantonende wijs〉men weet niet wat men aan hem heeft • on ne sait jamais à quoi s'en tenir sur son compteiets bij zich hebben • avoir qc. sur soihet in zijn rug hebben • souffrir du doszij hebben iets met elkaar • ils ont une liaisoniets vrolijks over zich hebben • avoir l'air joyeuxiemand tot man hebben • avoir qn. pour marivan wie heeft hij dat? • de qui tient-il cela?veel van iemand hebben • tenir beaucoup de qn.zij heeft het niet van een vreemde • elle a de qui tenirhij heeft er niets op tegen • il n'a rien contreeen klap van heb ik jou daar • une gifle magistrale2 hij kan niet veel hebben • 〈m.b.t. drank〉 il ne supporte guère l'alcool; 〈 vlug overstuur〉 il panique très viteiets kunnen hebben • pouvoir supporter qc.iets niet willen hebben • ne pas vouloir de qc.〈 pejoratief〉 wat moet je (van me) hebben? • qu'est-ce que tu me veux?ik moet er niets van hebben • 〈 niets mee te maken〉 je ne veux pas en entendre parler; 〈 houd er niet van〉 très peu pour moi, mercimoet je net Freek hebben • et c'est à Freek que tu demandes ça?; 〈 dat is dé man〉 oh! alors Freek, c'est l'homme qu'il (te, nous) fautwaar wil je me hebben? • où veux-tu que je me mette?nu kom je waar ik je hebben wil • maintenant tu vois où je veux en venirwat had u gehad willen hebben? • vous désirez?iets zus of zo (gedaan) willen hebben • vouloir (qu'on fasse) qc. de telle ou telle façonwe zullen hem hebben • on l'auradan heb je dat • voilà, c'est ce qui arrivedaar zullen we (zul je) het hebben • il va y avoir du pétarddaar hebben we het (gedonder) • ça y est, voilà les emmerdements qui (re)commencentdaar heb je het al • nous y voilàje hebt ook groene druiven • il y a aussi des raisins verts〈 in opsommingen〉 daar heb je … • (alors) voilà …ik heb niets aan die prullen • cette camelote ne me sert à rienwat zullen we nu hebben • allons bon, quoi encore?daar heb je hem lelijk mee • là tu le tiens biendat heb je ervan • on pouvait s'y attendrede hoeveelste hebben we? • on est le combien aujourd'hui?liever hebben • aimer mieuxhij had het niet meer • il n'en pouvait pluswel heb ik ooit! • a-t-on jamais (vu)!heb je ooit van je leven! • a-t-on jamais vu de la vie!ik heb het niet op hem • je ne l'aime pasik zal het er met hem over hebben • je lui en parleraiik heb het tegen jou • c'est à toi que je parlehem om hebben • être bourré→ link=god godII 〈 hulpwerkwoord〉1 [ter aanduiding van de voltooide tijd bij werkwoorden] avoir ⇒ 〈 met wederkerend werkwoord, sommige werkwoorden die een beweging uitdrukken〉 être♦voorbeelden:gelachen dat we hebben! • qu'est-ce qu'on a ri!hij heeft het weggegeven • il l'a donné -
92 opzicht
♦voorbeelden:in ieder opzicht • à tous (les) égardsin moreel opzicht • sur le plan moralin zeker opzicht • dans un sensin dit opzicht • à cet égardin geen enkel opzicht • à aucun égardte mijnen opzichte • à mon égard -
93 plaats
♦voorbeelden:de plaats bepalen • localisereen plaats bespreken • retenir une placeiemands plaats innemen • prendre la place de qn.het is hier de plaats niet om • ce n'est pas l'endroit indiqué pourplaats maken (voor iemand) • faire place (à qn.)deze tafel neemt veel plaats in • cette table prend beaucoup de placeneemt u a.u.b. plaats • veuillez vous asseoir, s.v.p.een plaats openlaten • laisser une placezijn plaats niet weten • ne pas connaître sa placein, op de eerste plaats • en premier lieuterug naar zijn plaats gaan • retourner à sa placeop de plaats rust • reposop z'n plaats • à sa placeop uw plaatsen!, klaar, af! • à vos marques, prêts, partez!zijn gezin komt op de eerste plaats • sa famille passe avant (tout)〈 figuurlijk〉 iemand op zijn plaats zetten • remettre qn. à sa placeter plaatse • sur placevan plaats veranderen • changer de placeniet van zijn plaats te krijgen zijn • ne pas pouvoir être délogé de sa placede eerste plaats innemen • prendre la première placeop de eerste plaats staan • être le premiereen gewijde plaats • un lieu sainter is op verschillende plaatsen regen gevallen • il a plu à différents endroitshij is op een zekere plaats • il est au petit endroitje kunt niet op twee plaatsen tegelijk zijn • on ne peut pas être partout à la foisop die plaats doet het pijn • c'est à cet endroit que ça fait malop sommige plaatsen gaat de verf eraf • la peinture se détache par endroits¶ iets in de plaats stellen van • substituer qc. àvoor iets, iemand in de plaats komen • remplacer qc., qn.in plaats van • au lieu dein plaats dat hij nu zelf kwam • au lieu de venir lui-mêmein jouw plaats deed ik het • à ta place, je le ferais -
94 temmen
1 [tam maken] dompter2 [africhten] dresser3 [figuurlijk] refréner♦voorbeelden:sommige vogels zijn gemakkelijk te temmen • certains oiseaux s'apprivoisent facilement -
95 teruggaan
2 [terugkeren] retourner3 [ontstaan zijn uit] remonter♦voorbeelden:weer teruggaan • repartirnaar huis teruggaan • rentrer (chez soi)teruggaan naar het uitgangspunt • retourner au point de départ -
96 waaronder
-
97 afscheiden
♦voorbeelden:3 sommige bomen scheiden hars af • some trees secrete/produce resin -
98 bepaald
1 [aangewezen] particular, specific♦voorbeelden:1 doe je dat met een bepaald doel? • are you doing that for any particular reason?heb je een bepaald iemand in gedachten? • are you thinking of anyone in particular?vooraf bepaald • predeterminedom bepaalde redenen • for certain reasonsII 〈 bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉1 [beslist] definite♦voorbeelden:het is bepaald onjuist • it is definitely wronghij was bepaald vriendelijk • he was positively friendlyhet is bepaald niet eenvoudig • it is by no means easyniet bepaald slim • not particularly cleverdat is niet bepaald een compliment • that is not exactly a complimenthet was bepaald geen succes • it was anything but a success -
99 bouwpakket
♦voorbeelden: -
100 eens
I 〈 bijwoord〉1 [eenmaal] once2 [nog eenmaal] twice4 [ter versterking] 〈zie voorbeelden 4〉♦voorbeelden:dat is eens en nooit weer • once is enougheens in het uur • hourly, every houreens in de week/drie maanden • once a week/every three monthsmeer dan eens • more than onceeens te meer • (all the) more so2 geef mij nog eens zoveel, a.u.b. • would you give me twice as much/manyeens zo groot • twice as large/bigkom eens langs • drop by sometimeer was eens • once upon a time there wasLonden is niet meer wat het eens was • London is not what it used to beik heb de groenten nu eens gestoomd • I steamed the vegetables for a changedat is weer eens wat anders • that makes a changehet gebeurt nog al eens dat • it does (sometimes) happen thatzeg, vertel me eens, Jan • tell me, Jan!waag het eens • don't you darewacht eens • wait a minuteje zult eens zien wat er gebeurt • you'll see (what happens)dat zou best eens kunnen • that might well be the caseik spreek nog niet eens over de rest • to say nothing of the restniet eens tijd hebben om • not even have the time tohij keek niet eens • he did not even looknee en nog eens nee • once and for all: no!nog eens • once more, (once) again; 〈 formeel〉 anew, afreshdat is nog eens een flinke vent/mooie vrouw • (now) that's what I call a real man/a beautiful womanals we nu eens … • suppose we …, how about …?u zou wel eens gelijk kunnen hebben • you could/might (well) be rightwel eens • once in a while, sometimesje moet je eens na laten kijken • you really should have a check-up; 〈 ironisch〉 you need your head examinedkijk eens aan! • just look at that!II 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 [van dezelfde mening] agreed, in agreement♦voorbeelden:1 het over de prijs eens worden • agree on a/about the pricehet erover eens zijn, dat … • agree that …het eens zijn • agree, be in agreementhet met iemand eens zijn • agree with someonehet niet eens zijn met iemand • disagree with someonehet met zichzelf niet eens kunnen worden • not be able to make up one's mind, be undecidedhet op sommige punten niet eens kunnen worden • be unable to reach agreement on certain points
См. также в других словарях:
sommige — n sowan … Woordenlijst Sranan
some — O.E. sum some, from P.Gmc. *sumas (Cf. O.S., O.Fris., O.H.G. sum, O.N. sumr, Goth. sums), from PIE root *sem one, as one (Cf. Skt. samah even, level, similar, identical; Gk. HAMO (Cf. hamo ); see SAME (Cf … Etymology dictionary
Coeliac disease — Classification and external resources Biopsy of small bowel showing coeliac disease manifested by blunting of villi, crypt hyperplasia, and lymphocyte infiltration of crypts ICD 10 … Wikipedia
Dutch famine of 1944 — See also: History of the Netherlands (1939–1945) The Dutch famine of 1944, known as the Hongerwinter ( Hunger winter ) in Dutch, was a famine that took place in the German occupied part of the Netherlands, especially in the densely populated… … Wikipedia
Atlantis, Western Cape — Atlantis is a town in Western Cape, South Africa, roughly 40km from Cape Town. It has approximately 70,000 residents. The city suffers under high levels of poverty and unemployment. It was established during the Apartheid era as a community for… … Wikipedia
Job Baster — (Zierikzee, 2 April 1711 6 March 1775) was a Dutch botanist. He devoted himself almost entirely to the study of natural history, particularly botany. He studied and took his degree of doctor of medicine at Leiden in 1731, and Albrecht von Haller… … Wikipedia
Boelens — Ridder Jacob Andriesz Boelens auf dem Gemälde De geboorte van Christus met de aanbidding der herders vonr Jacob Cornelisz. van Oostsanen aus dem Jahre 1512, Neapel, Museo Nazionale di Capodimonte … Deutsch Wikipedia
Johan Picardt — (* 5. Februar 1600 in Bad Bentheim; † 21. Mai 1670 in Coevorden) war ein deutsch niederländischer, evangelisch reformierter Moorkolonisator, Pastor, Mediziner und Schriftsteller. Leben … Deutsch Wikipedia
Picardt — Johan Picardt (* 5. Februar 1600 in Bad Bentheim; † 21. Mai 1670 in Coevorden) war ein deutsch niederländischer, evangelisch reformierter Moorkolonisator, Pastor, Mediziner und Schriftsteller. Leben … Deutsch Wikipedia
Stillleben — bezeichnet in der Geschichte der europäischen Kunsttradition die Darstellung toter bzw. regloser Dinge oder Gegenstände (zum Beispiel Blumen, Früchte, tote Tiere, Gläser, Instrumente usw.).[1] Deren Auswahl und Gruppierung erfolgte nach… … Deutsch Wikipedia
Liste Swadesh De L'afrikaans — Liste Swadesh de 207 mots en français et en afrikaans. Sommaire 1 Présentation 2 Liste 3 Voir aussi 3.1 Bibliographie … Wikipédia en Français