-
1 grincer
grincer [grẽsee]〈 werkwoord〉1 knarsen ⇒ piepen, kraken, snerpen♦voorbeelden:cela me fait grincer des dents • dat gaat me door merg en beenvknarsen, piepen, kraken -
2 pincer
pincer [pẽsee]1 knijpen2 samenknijpen ⇒ vastklemmen, op elkaar klemmen♦voorbeelden:se faire pincer • opgepakt worden, betrapt worden; 〈 ook〉 het te pakken krijgen 〈 ziekte, verliefdheid〉♦voorbeelden:v1) knijpen2) vastklemmen3) betrappen4) snijden, door merg en been gaan5) tokkelen6) toppen [plant]7) innemen [naaiwerk]
См. также в других словарях:
(s)nerb- — (s)nerb English meaning: to cut Deutsche Übersetzung: ‘schneiden”? Material: Gk. νορβεῖ ἐνταμεῖται, νορβά καλή Hes. (as Ger. ‘schneidig”?); also Goth. atsnarpjan “anfassen”?; O.Ice. snarpr ‘sharp, hart, uneven”, snerpa “ sharpen “ … Proto-Indo-European etymological dictionary