-
21 afschaffen
♦voorbeelden:een rookverbod afschaffen • lift a ban on smoking -
22 afwennen
♦voorbeelden:1 iemand het roken/drinken proberen af te wennen • try to cure someone of smoking/drinkingzich het gokken afwennen • cure oneself of gambling -
23 alle experts raden eensgezind het roken af
alle experts raden eensgezind het roken afVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > alle experts raden eensgezind het roken af
-
24 beginnen te drinken/roken
beginnen te drinken/rokenstart drinking/smokingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > beginnen te drinken/roken
-
25 beginnen
1 [starten/openen] begin ⇒ start, 〈 formeel〉 commence, open 〈 toespraak, spel, onderhandelingen, brief〉2 [gaan doen] do♦voorbeelden:1 een gesprek beginnen • begin/start a conversationeen zaak beginnen • start a business2 wat moet ik beginnen! • what am I to do?wat moet ik met hem beginnen? • what am I to do with him?1 [de eerste handeling verrichten; zich vanaf een punt uitstrekken] begin ⇒ start, 〈 formeel〉 commence♦voorbeelden:begin maar! • go ahead!; 〈 met vragen ook〉 fire away!beginnen te drinken/roken • start drinking/smokingweer van voren af aan moeten beginnen • be back to square onehet begon te regenen • it began/started to raindaar kan ik niets mee beginnen • that's (of) no use to megoed/slecht beginnen • get off to a good/bad startbegin je weer (met dat gezeur)? • there you go again (with your nagging)!bij het begin beginnen • begin/start at the beginninghij begon met te zeggen … • he began by saying …met niets beginnen • start from scratchhet begint donker te worden • it's getting darkik begin er niet aan! • I wouldn't touch it with a barge-poleaan iets nieuws beginnen • start something newhij begon met Frans • he took up Frencher is geen beginnen aan • why even start?over politiek beginnen • bring up politicsover iets anders beginnen • change the subjectals je zó begint … • if that's the way you feel about it …het is haar om de erfenis begonnen • it's the inheritance she's afterom te beginnen … • for a start …voor zichzelf beginnen • start one's own business -
26 coupé
-
27 dampen
1 [damp afgeven] steam2 [rook afgeven, roken] smoke♦voorbeelden:dampende schotels • steaming disheshij zat weer flink te dampen • he was puffing away again for all he was worth -
28 dampende schoorstenen
dampende schoorstenenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dampende schoorstenen
-
29 de kwalijke gevolgen van het roken
de kwalijke gevolgen van het rokenthe bad/detrimental effects of smokingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de kwalijke gevolgen van het roken
-
30 de schoorsteen rookt
de schoorsteen rooktVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de schoorsteen rookt
-
31 denken
♦voorbeelden:1 het doet denken aan • it reminds one of …dit doet sterk aan omkoperij denken • this savours strongly of briberyik zat net te denken • I was just thinkingwaar zit je aan te denken? • what's on your mind?er anders over gaan denken • change one's mind (about it)denk er nog eens over • give it some more thought, think it overik denk er niet aan • I wouldn't dream of itik moet er niet aan denken • I can't bear to think about itdenk er (maar eens) om! • don't forget!ik denk er net zo over • I feel just the same about itik zal eraan denken • I'll bear it in mindnu ik eraan denk • (now I) come to think of itdenk erom dat het niet weer gebeurt • mind that it doesn't occur againeven denken, hoor • let me seehardop denken • think aloudmin denken over • take a dim view ofaan iets/iemand denken • think/be thinking of something/someoneik probeer er niet aan te denken • I try to put it out of my mindlaten we er niet meer aan denken • let's forget about itik moest er steeds maar aan denken • I couldn't get it out of my headzonder te denken aan het gevaar • without realizing the dangerdaar heb ik geen moment aan gedacht • that never (even) crossed my mind; 〈 vergeten〉 I forgot all about itjij kan alleen maar aan geld denken • all you can think of is moneydaar denken wij in de verste verte niet aan • nothing could be further from our thoughtshij dacht nooit aan zichzelf • he never thought of himselfiemand aan het denken zetten • set someone thinkingik dacht bij mezelf • I thought/said to myselfdenken in geld • think in terms of moneydenk om je hoofd • mind your headals je er goed over denkt, dan … • when one comes to think of it, (then) …er verschillend/anders over denken • take a different view (of the matter)zij denkt er nu anders over • she feels differently (now)stof tot denken geven • give (someone) food for thoughtdat had ik niet van hem gedacht • I should never have thought it of himdat geeft te denken • that makes you thinkwat denk je ervan? hoe denk je erover? • well, what do you think?ik denk er ernstig over om … • I'm seriously thinking of …¶ geen denken aan! • it's out of the question!II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:zou je (dat) denken? • (do) you (really) think so?wat denk je ervan? • what do you think (about/of it)?het zijne ervan denken • have one's own ideas about itwat dacht je van een ijsje? • what would you say to an ice cream?dat dacht je maar, dat had je maar gedacht • that's what you think! 〈klemtoon op ‘you’〉ik dacht van wel/van niet • I thought it was/wasn'twie denk je wel dat je bent? • (just) who do you think you are?wat denk je (eigenlijk) wel! • who do you think you are?2 wat denk je daarmee te bereiken? • what do you hope to achieve by that?wie had dat kunnen denken • who would have thought it?u moet niet denken (dat) … • you mustn't suppose/think (that) …hij denkt te slagen • he expects to/thinks he'll passdat dacht ik al • I thought sodenk dat maar niet • don't you believe itik heb het altijd wel gedacht • I always thought soik zou denken dat • I'm inclined to think thatdacht ik het niet! • just as I thought!…, denk ik • …, I think/supposede beste arts die men zich maar kan denken • the best (possible) doctorje moet maar denken dat het slechts voor heel kort is • try to remember it is only for a short perioddat laat zich denken • I can imaginedenk eens (aan) • imagine!, just think of it!ik dacht bij mezelf dat … • I thougt/said to myself that …ik had zo gedacht … als jij morgen eens naar B. ging • I was thinking … if you went to B. tomorrow4 wat denk je nu te doen? • what do you intend to do now?III 〈wederkerend werkwoord; zich denken; met een bepaling van gesteldheid〉1 [peinzen] think (oneself), imagine♦voorbeelden:denkt u zich eens in mijn positie • put yourself in my position -
32 een coupé voor niet-rokers
een coupé voor niet-rokersVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een coupé voor niet-rokers
-
33 een rookverbod afschaffen
een rookverbod afschaffenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een rookverbod afschaffen
-
34 een rookvrije conversatiezaal
een rookvrije conversatiezaalVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een rookvrije conversatiezaal
-
35 eensgezind
♦voorbeelden:eensgezinde pogingen • concerted effortsalle experts raden eensgezind het roken af • all experts are united in advising against smokingeensgezind voor/tegen iets zijn • be unanimously for/against something -
36 gelieve niet te roken
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > gelieve niet te roken
-
37 het roken moeten opgeven
het roken moeten opgevenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het roken moeten opgeven
-
38 het roken
het roken -
39 het stotteren/roken afleren
het stotteren/roken aflerenovercome one's stammer, stop smokingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het stotteren/roken afleren
-
40 het
het11 [onzijdig naamwoord] it♦voorbeelden:1 ik denk/hoop het • I think/hope sohet ging allemaal goed • it all/things went wellwie is het? ben jij het? ja, ik ben het • who is it? is that you? yes, it's mezij was het die … • it was she who …ik weet het • I knowals jij het zegt • if you say sohet zijn Engelsen • they're Englishhet kind heeft honger, geef het een boterham • the child is hungry, give him/her a sandwichhet waren moeilijke dagen • they were hard timesII 〈 onbepaald voornaamwoord〉1 [loos onderwerp/lijdend voorwerp] it2 [geslachtsgemeenschap] it♦voorbeelden:hoe gaat het? het gaat • how are you? I'm all right/O.K.wat geeft het, wat zou het • what does it matter, who caresmorgen is het zaterdag • tomorrow is Saturdayhet regent • it's raininghet zij zo • so be it————————het2〈 lidwoord〉1 [bepalend onzijdig lidwoord] the♦voorbeelden:1 dat kost drie gulden het kilo • that costs three guilders a/per kiloin het zwart gekleed • dressed in blackhet roken • smokingzij was er het eerst • she was there first
См. также в других словарях:
smoking — [ smɔkiŋ ] n. m. • 1890; angl. smoking jacket « veste d intérieur », proprt « pour fumer » ♦ Veston de cérémonie en drap et à revers de soie que les hommes portent lorsque l habit n est pas de rigueur. Costume composé de ce veston, du pantalon à… … Encyclopédie Universelle
Smoking — Sm std. (19. Jh.) Scheinentlehnung. Entlehnt aus ne. smoking jacket, smoking suit, eigentlich Jacke bzw. Anzug zum Rauchen , zu ne. smoke rauchen . Es handelt sich um die bequemere und weniger schonungsbedürftige Kleidung, die nach dem formalen… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Smoking — Smok ing, a. & n. from {Smoke}. [1913 Webster] {Smoking bean} (Bot.), the long pod of the catalpa, or Indian bean tree, often smoked by boys as a substitute for cigars. {Smoking car}, a railway car carriage reserved for the use of passengers who… … The Collaborative International Dictionary of English
Smoking — »(meist schwarzer) Gesellschaftsanzug«: Das am Ende des 19. Jh.s aufkommende Fremdwort ist als Kurzform aus engl. Bezeichnungen wie smoking suit oder smoking jacket »Rauchjackett, Rauchanzug« hervorgegangen. Gemeint ist ein Jackett (oder Anzug),… … Das Herkunftswörterbuch
smoking — / zmɔking/ s.m. [voce pseudoingl., dalla locuz. smoking jacket giacca da sera (propr. da fumo, per fumare , sost. verbale di to smoke fumare ); in ingl. lo stesso indumento si chiama tuxedo ]. (abbigl.) [abito maschile da cerimonia] ▶◀ ‖ frac,… … Enciclopedia Italiana
smoking — /ˈzmɔkin(g)/ [vc. ingl., abbr. di smoking jacket «giacca per fumare»] s. m. inv. dinner jacket (ingl) … Sinonimi e Contrari. Terza edizione
smoking — smòking m <N mn nzi> DEFINICIJA muško svečano popodnevno ili večernje jednoredno odijelo, ob. crne boje ETIMOLOGIJA engl. smoking jacket: prvobitno odijelo za pušenje … Hrvatski jezični portal
Smoking — (S. jacket, engl., »Rauchjackett«), Gesellschaftsjacken für Herren. Der Ausdruck ist in England nicht verbreitet (dort sagt man dinner jacket) … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Smoking — (engl.), Art Frackjackett … Kleines Konversations-Lexikon
smòking — m 〈N mn nzi〉 muško svečano popodnevno ili večernje jednoredno odijelo, ob. crne boje ✧ {{001f}}engl … Veliki rječnik hrvatskoga jezika
smoking — → esmoquin … Diccionario panhispánico de dudas