-
1 sledge
n. slede, slee--------v. Sleeën; voorhamer, mokersledge1[ sledzj] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 slee————————sledge2〈 werkwoord〉1 sleeën -
2 bobsled
-
3 sled
-
4 sleigh
n. slee--------v. Sleeënsleigh1[ slee] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————sleigh2〈 werkwoord〉1 arren -
5 toboggan
-
6 eskimo dog
n. eskimohond, ras van grote sterke hond met opstaande oren en een dikke vacht gebruikt om sleeën in noordpoolgebieden voort te trekken
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский