-
1 cela ne sert à rien
cela ne sert à riendat dient nergens toe, daar hebben we niets aan -
2 rien ne sert de courir, il faut partir à point
rien ne sert de courir, il faut partir à pointDictionnaire français-néerlandais > rien ne sert de courir, il faut partir à point
-
3 cela, il ne sert à rien de
cela, il ne sert à rien deDictionnaire français-néerlandais > cela, il ne sert à rien de
-
4 à quoi sert de
à quoi (cela) sert (-il) de 〈+ onbepaalde wijs〉waartoe dient het te, wat heeft het voor zin om -
5 ça ne sert à rien
ça ne sert à riendat dient nergens toe, dat is zinloos -
6 servir
servir [servier]2 dienen ⇒ van dienst, van nut zijn, gebruikt worden♦voorbeelden:servir d' interprète à qn. • voor iemand als tolk optredenservir de combustible • als brandstof dienen, fungerenservir de guide à qn. • iemands gids zijnservir de leçon à qn. • voor iemand een les zijnservir de prétexte à qn. • door iemand als voorwendsel gebruikt worden2 cela ne sert à rien • dat dient nergens toe, daar hebben we niets aan〈 onpersoonlijk〉 à quoi (cela) sert (-il) de 〈+ onbepaalde wijs〉 • waartoe dient het te, wat heeft het voor zin omservir à qc. • tot, voor iets dienen; (aan) iets ten goede komenservir à qn. • iemand ten goede komen, te pas komencela peut encore servir • dat kan nog dienst doen→ pointII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 in dienst zijn van ⇒ dienen, zich in dienst stellen van, helpen3 bedienen4 serveren ⇒ inschenken, opscheppen5 opdienen ⇒ opbrengen, voordienen, voorschotelen6 geven ⇒ uitbetalen, leveren♦voorbeelden:en fait de pluie, nous avons été (bien) servis cet été • wat regen betreft hebben we van de zomer onze portie wel gehad4 qu'est-ce que je vous sers? • wat mag ik u aanbieden?, wat mag ik voor u inschenken?servir chaud • warm opdienenservir à déjeuner à qn. • iemand een ontbijt, lunch voorzetten♦voorbeelden:v1) (be)dienen2) serveren, opslaan [sport]3) helpen4) te pas komen5) serveren, opscheppen6) geven, leveren -
7 point
point1 [pwẽ]♦voorbeelden:(ne) point de … • geen …————————point2 [pwẽ]〈m.〉3 mate ⇒ staat, graad, moment4 punt ⇒ zaak, onderwerp, kwestie6 (brei-, naai)steek♦voorbeelden:points de suspension • gedachtepuntjes, puntje, puntje, puntjemettre le, un point final à qc. • ergens een punt achter zettenun point, c'est tout • punt uit, en daarmee basta→ misepoint de chute • plaats van inslagpoint d'eau • tappuntpoint d'impact • trefpuntpoint d'intersection • snijpunt, kruispunt, knooppunt 〈 van wegen〉point de mire • mikpuntpoint de section • snijpuntpoint de vue •〈zie ‘point de vue’〉les points cardinaux • de windstrekenc'est son point faible • dat is zijn zwakke puntl'affaire est au point mort • de zaak is vastgelopenmettre (le levier) au point mort • de versnelling in zijn vrij zetten3 à ce point (que) • in zodanige mate (dat), zo erg (dat)à tel point que, au point que 〈+ aantonende wijs, soms aanvoegende wijs〉 • zo zeer, zo veel datau point de 〈+ onbepaalde wijs〉 • zo zeer, zo veel datà quel point • hoe erg, hoe zeerau point où en sont les choses • zoals de zaken (ervoor) staanau dernier point, au plus haut point • uiterst, tot het uiterstenous en sommes toujours au même point • we zijn nog altijd even vermal en point • lelijk toegetakeld, in slechte staatêtre mal en point • er slecht aan toe zijn4 point de détail • detailkwestie, onbelangrijk puntpoint d'honneur • erezaakpoint de religion • gewetenszaakpoint critique • heet hangijzer, punt waar het om draaitde point en point • letterlijk, preciesde, en tout point, en tous points • in alle opzichten, op alle puntenun discours en trois points • een redevoering in drie delenpoint par point • punt voor puntsur ce point • wat dit betreftbattre aux points • op punten verslaanrendre des points à qn. • iemand punten voorgeven; 〈 figuurlijk〉sterk staan, in het voordeel zijn ten opzichte van iemandvainqueur aux points • winnaar op punten6 point de couture • stiksel, stiksteekpoint mousse • ribbelsteekpoints de suture • hechtingenpoints de tapisserie • borduurstekenfaire un point à • met een paar steken bij elkaar halen7 point d'attache • thuishaven, standplaatsfaire le point • 〈 van schip〉bestek opmaken, positie bepalen; 〈 figuurlijk〉de balans opmaken, inventariseren8 point de côté • steek, pijn in de zijpoint de côté • steek in de zijau point du jour • bij het krieken van de dagtomber à point • goed van pas komen, goed uitkomenà point • gaar, precies goedà point nommé • stipt op tijd, als geroepenêtre au point • in orde zijn, goed werkenêtre sur le point de • op het punt staan om (te)m1) punt2) stip3) mate, graad4) cijfer5) (brei-, naai)steek6) positie, standplaats7) steek [in de zij]8) (het) aanbreken [dag] -
8 rien
rien1 [rjẽ]〈m.; ook bijwoord, v.〉♦voorbeelden:comme un rien • alsof het niets is¶ 〈ook v.〉 un(e) rien du tout • nietsnut, vent, vrouw van niets; lor————————rien2 [rjẽ]♦voorbeelden:ce n'est rien • het is niets, het valt wel meeil n'en est rien • er is niets van waarcela ne fait rien • dat geeft nietson n'y peut rien • daar, er is niets aan te doenje ne sais rien • ik weet van nietsça ne sert à rien • dat dient nergens toe, dat is zinloos〈 in casino〉 rien ne va plus • rien ne va plus, niets telt meerplus rien • niets meerrien à dire • daar valt niets tegen in te brengenrien d' étonnant si • helemaal niet zo vreemd datcela n'a rien d' impossible • dat is helemaal niet onmogelijkelle n'a rien d' une ingénue • zij heeft niets van het onschuldige jonge meisjeavoir l'air de rien • er heel onschuldig uitzienavoir un petit bobo de rien du tout • een heel klein wondje hebbenune fille de rien • een sletcomme si de rien n'était • alsof er niets aan de hand wasJe vous remercie. De rien • Dank u wel. Geen dank, tot uw dienstil ne s'agit de rien de moins que • het gaat om niets meer of minder danrien de tel • niets is er zo goedrien du tout • helemaal nietsen rien • in wat dan ook, waar dan ook inc'est pour rien! • dat is voor niets!comme rien • alsof het niets isil n'a rien que son salaire • hij heeft alleen zijn salarisc'est deux fois, trois fois rien • het stelt niets voorc'est cela ou rien • het is kiezen of delen————————rien3 [rjẽ]♦voorbeelden:1. m1) kleinigheid2) een beetje2. pron -
9 certes
certes [sert]〈 bijwoord〉♦voorbeelden:¶ certes … mais • natuurlijk (wel) … maar, zeker (wel) … maar
См. также в других словарях:
sert — sert … Dictionnaire des rimes
Sert — ist der Familienname folgender Personen: José Maria Sert (1876–1945), spanischer Maler des 20. Jahrhunderts Josep Lluís Sert (1902–1983), spanischer Architekt und Stadtplaner Misia Sert (1872–1950), französische Kunstförderin Mustafa Sert (*… … Deutsch Wikipedia
SERT (J. L.) — SERT JOSÉ LUIS (1902 1983) Architecte et urbaniste d’origine espagnole fixé aux États Unis depuis 1939. Sert fait ses études à l’école supérieure d’architecture de Barcelone, puis travaille (1929 1930) dans l’atelier de Le Corbusier, dont il… … Encyclopédie Universelle
Sert — may refer to: * Josep Lluís Sert a Spanish architect * Serotonin transporter a protein involved in serotonin reuptake * List of Special Response Units in the United States SERT teams … Wikipedia
Sert — [spanisch und katalanisch sɛrt, englisch seət], José Luis (Josep Lluís Sert i Lopez), amerikanischer Architekt und Stadtplaner katalanischer Herkunft, * Barcelona 1. 7. 1902, ✝ ebenda 16. 3. 1983; 1929 31 Mitarbeiter von Le Corbusier; 1939… … Universal-Lexikon
SERT — can refer to: * Special Emergency Response Team * Special Emergency Response Team (Queensland) * Seabee Engineer Reconnaissance Team * Serotonin transporter * Space Electric Rocket Test * List of Special Response Units in the United States … Wikipedia
Sert — Sert, Josep Maria … Enciclopedia Universal
sert- — see cert … Useful english dictionary
sert — sf., Far. serd 1) Çizilmesi, kırılması, buruşması, kesilmesi veya çiğnenmesi güç olan, pek, katı, yumuşak karşıtı Sert tahta. 2) Esnekliği az olan, kolayca eğilip bükülmeyen Tabakanın sert yaylı kapağını tak diye kapatıyor. T. Buğra 3) Kolay… … Çağatay Osmanlı Sözlük
sert — as·sert; as·sert·a·tive; as·sert·ed·ly; as·sert·i·ble; de·sert·er; de·sert·less; des·sert; des·sert·spoon·ful; dis·sert; dus·sert·ite; in·sert·able; in·sert·er; de·sert·i·fi·ca·tion; ex·sert; in·sert; out·sert; de·sert·ed·ly; de·sert·ed·ness;… … English syllables
Sert — Cette page d’homonymie répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom. Sert peut se référer à : Toponyme Sêrt, le nom kurde de Siirt, une ville de Turquie. Sert, le nom arabe de Syrte, une ville de Libye. Patronyme Misia … Wikipédia en Français