-
1 schooien
-
2 schooien
1 [bedelen] beg♦voorbeelden:hij schooit om geld • he's begging for moneyII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [ophalen] collect♦voorbeelden: -
3 schooien
гл.общ. клянчить, просить милостыню -
4 schooien
v. beg, mooch -
5 schooien
ww -
6 schooien
1) tigga2) bettla -
7 schooien
mendier -
8 schooien om een stukje vlees
schooien om een stukje vlees -
9 honderd gulden bij elkaar schooien
honderd gulden bij elkaar schooienVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > honderd gulden bij elkaar schooien
-
10 клянчить
vgener. schooien, bedelen -
11 просить милостыню
vgener. schooien
Перевод: с нидерландского на все языки
со всех языков на нидерландский- Со всех языков на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Все языки
- Английский
- Русский
- Французский
- Шведский