-
101 right-hand-drive cars
-
102 right-hand-drive
right-hand-drive♦voorbeelden: -
103 rightist
n. conservatief; rechtsgeoriënteerde -
104 rightwards
-
105 suit
n. kostuum, pak; huwelijksaanzoek; vervolging (bij rechtszaak); verzoek--------v. passen; geschikt zijn bijsuit1[ soe:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉4 (rechts)geding ⇒ proces, rechtszaak♦voorbeelden:4 criminal/civil suit • strafrechtelijke/civiele procedurebring a suit against • een aanklacht indienen tegen————————suit21 passen (bij) ⇒ geschikt zijn (voor), staan (bij)2 gelegen komen (voor) ⇒ uitkomen (voor), schikken♦voorbeelden:this colour suits her complexion • deze kleur past bij haar teintsuit someone (down) to the ground • voor iemand geknipt zijnit does not suit his purpose • het komt niet in zijn kraam te pasII 〈 overgankelijk werkwoord〉3 voldoen ⇒ aanstaan, bevredigen♦voorbeelden:suit someone's needs • aan iemands behoeften voldoensuit the qualifications • aan de vereisten voldoensuit yourself! • ga je gang maar!; moet je zelf weten! -
106 the next right turn
-
107 the next turning on/to the right
the next turning on/to the right -
108 the radical right
-
109 to the far right
-
110 turn sharp right
-
111 turning
-
112 ultra-right
-
113 valid
adj. van kracht, geldelijk, logisch[ vælid] -
114 yield to the right
yield to the right -
115 yield
n. oogst; opbrengst; verdienste; produktie; inkomen, winst--------v. oogsten; produceren, opbrengen; verdienen; geven, schenken, doorgeven; opgeven; toegeven; terugtrekkenyield1[ jie:ld] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 opbrengst ⇒ productie, oogst, rendement————————yield23 zwichten ⇒ toegeven, wijken♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 overgeven ⇒ opgeven, afstaan3 verlenen ⇒ gunnen, bieden4 toegeven♦voorbeelden:3 〈 Amerikaans-Engels〉 yield the floor to the Republican senator • het woord gunnen aan de Republikeinse senatoryield full justice to someone • iemand alle recht laten wedervarenyield passage • doorgang verlenen -
116 Tchiya Movement
de "Tchieja"-beweging (volkspartij opgericht in 1979 na Camp-David-overeenkomsten, uiterst rechts-zionistische beweging, verdween na 1992 uit de politiek) -
117 Tsomet
n. Tsomet (een rechts georiënteerde politieke partij in Israel) -
118 bidirectional
adj. in beide richtingen; (in computers) kenmerk van een printer die van s naar rechts en omgekeerd afdrukt, of van een duplex communicatieverbinding -
119 deasil
adj. draait in de richting van de klok, naar rechts bewegend, kloksgewijs -
120 dextrad
adv. rechts (bij zoölogie)
См. также в других словарях:
Rechts- — Rechts … Deutsch Wörterbuch
Rechts — Rêchts, adv. welches nur in der ersten Bedeutung des Beywortes recht üblich ist, nach der rechten Hand, nach der rechten Seite hin; im Gegensatze des links. Sich rechts wenden, rechter Hand, zur rechten Hand. Rechts gehen. Rechts um, auf der… … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
rechts — [Basiswortschatz (Rating 1 1500)] Auch: • rechte Seite • Rechte • rechte(r, s) • nach rechts • auf der rechten Seite Bsp … Deutsch Wörterbuch
Rechts — Rechts, 1) die Richtung von der Mittellinie aus, welche der linken Seite, also der, bei welcher das Herz liegt, entgegengesetzt ist. Die rechte Seite gilt bei Rangordnungen für ehrenvoller als die linke; 2) im Wappen dasjenige, was, wenn man sich … Pierer's Universal-Lexikon
rechts — Adv. (Grundstufe) auf der rechten Seite Beispiel: Rechts befindet sich eine Kirche. Kollokation: nach rechts abbiegen … Extremes Deutsch
rechts — 1. An der nächsten Kreuzung müssen Sie rechts abbiegen. 2. Das Wohnungsamt ist hier rechts … Deutsch-Test für Zuwanderer
Rechts — Rechts, s. Rechts und Links, S. 669 … Meyers Großes Konversations-Lexikon
rechts — Adv std. (16. Jh.) Stammwort. Entstanden aus dem adverbialen Genetiv von recht als Gegensatz von link. Dieses als die richtige (Hand usw.). ✎ Nussbaum, O. JACh 5 (1962), 158 171; Deitmaring, U. ZDA 98 (1969), 265 292; van Leeuwen Turnovcová, J.… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
rechts — ↑ recht … Das Herkunftswörterbuch
rechts — dexter (fachsprachlich); rechte Seite; rechter Hand * * * 1rechts [rɛçts̮] <Adverb> /Ggs. links/: a) auf der rechten (1) Seite: sich nach rechts wenden; die zweite Querstraße rechts; die Garage steht rechts von dem Haus. b) die rechte (2)… … Universal-Lexikon
Rechts — Links und rechts sind einander entgegengesetzte Richtungsangaben. Rechts bedeutet eine Abweichung von der gedachten Geradeauslinie vom Betrachter aus im Uhrzeigersinn, links bedeutet eine Abweichung gegen den Uhrzeigersinn. In einer aufrechten… … Deutsch Wikipedia