-
1 deling
-
2 staking
-
3 boedelscheiding
-
4 de hoofdelijke verdeling
de hoofdelijke verdeling -
5 de stemmen staken
de stemmen staken -
6 deel
I 〈 het〉♦voorbeelden:zich het beste deel van iets toe-eigenen • tirer la couverture à soivoor een groot deel • en grande partiehet grootste deel • la majeure partiedeel uitmaken van • faire partie deeen hoorspel in zeven delen • une pièce radiophonique en sept épisodesten dele • partiellementdeel aan iets hebben • avoir part à qc.deel nemen in iets • participer à qc.elk zijn deel • à chacun son dûzijn deel aan iets bijdragen • payer sa part de qc.iemand ten deel vallen • échoir (en partage) à qn.II 〈de〉 -
7 deling
♦voorbeelden:de deling van 12 door 4 gaat op • 4 est un sous-multiple de 12 -
8 een nooit beantwoorde liefde
een nooit beantwoorde liefde -
9 halvering
-
10 hoofdelijk
♦voorbeelden:hoofdelijke verdeling • partage par tête -
11 hoofdelijke verdeling
hoofdelijke verdeling -
12 hoop
♦voorbeelden:er is van de week een hoop water gevallen • il est tombé beaucoup d'eau cette semaineik heb nog een hoop te doen • j'ai encore un tas de choses à faireik heb een hoop gegeten • j'ai beaucoup mangézijn spullen op een hoop gooien • poser ses affaires en vracop een hoop staan • être entassé(s)zich vleien met ijdele hoop • se bercer d'illusionszijn laatste hoop stellen in iemand, iets • fonder ses dernières espérances sur qn., qc.valse hoop wekken • éveiller de faux espoirsiemands hoop de grond in boren • ruiner les espoirs de qn.ik heb hoop dat het lukken zal • j'espère que cela réussiragoede hoop hebben • avoir bon espoirzijn hoop is in rook vervlogen • son espoir s'est envoléal onze hoop is op hem gevestigd • il est notre unique espoirhoop koesteren • nourrir des espéranceshoop krijgen • prendre espoiralle hoop laten varen • abandonner tout espoirde hoop uitspreken, dat … • émettre l'espoir que … 〈+ aantonende wijs〉; émettre l'espoir de … 〈+ onbepaalde wijs〉zijn hoop op iemand, iets vestigen • mettre son espoir en qn., dans qc.; espérer en qn., en qc.de hoop op iets • l'espoir de qc.op hoop van zegen • à la grâce de Dieu→ link=leven leven¹ -
13 iemand ten deel vallen
échoir (en partage) à qn. -
14 ik kan dat wel navoelen
ik kan dat wel navoelen -
15 liefde
♦voorbeelden:een nooit beantwoorde liefde • un amour jamais partagéiemands liefde beantwoorden • répondre à l'amour de qn.de liefde bedrijven • faire l'amouriemand zijn liefde verklaren • déclarer son amour à qn.liefde voor iemand voelen • éprouver de l'amour pour qn.gelukkig zijn in de liefde • être heureux en amourhij vervult zijn taak met liefde • il remplit sa tâche avec amourvan liefde branden • brûler d'amourde liefde voor zijn vaderland • l'amour de la patrieliefde voor de kunst • l'amour de l'artliefde op het eerste gezicht • le coup de foudre〈 spreekwoord〉 de liefde kan niet van één kant komen • ±passez-moi la casse, je vous passerai le séné -
16 navoelen
-
17 onbeantwoord
♦voorbeelden:een brief onbeantwoord laten • ne pas répondre à une lettre -
18 onbeantwoorde liefde
onbeantwoorde liefde -
19 risicodeling
-
20 staking
♦voorbeelden:een staking breken • briser une grèvein staking zijn • être en grèvein staking gaan • se mettre en grève
- 1
- 2
См. также в других словарях:
partage — [ partaʒ ] n. m. • 1244; de 2. partir « partager » I ♦ Action de partager ou de diviser; son résultat. 1 ♦ (1283) Division d un tout en plusieurs parts pour une distribution. ⇒ répartition. Procéder à un partage. Partage d un domaine (⇒… … Encyclopédie Universelle
partage — Partage. s. m. Division de quelque chose entre plusieurs personnes. Faire partage. faire le partage d une succession, du butin, des meubles qu on a achetez en commun. Il signifie aussi Portion de la chose partagée. Partage égal. partage inégal.… … Dictionnaire de l'Académie française
partagé — partagé, ée (par ta jé, jée) part. passé de partager. 1° Divisé en plusieurs parties séparées. • Le bon sens est la chose la mieux partagée, car chacun pense en être si bien pourvu que...., DESC. Méth. I, 1. • La beauté est partagée en… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
Partage — Part age, n. [F. See {Part}, v. & n.] [1913 Webster] 1. Division; the act of dividing or sharing. [Obs.] Fuller. [1913 Webster] 2. Part; portion; share. [Obs.] Ford. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
Partage — (fr., spr. Partasch), Theilung; daher Partagetractat, Theilungsvertrag … Pierer's Universal-Lexikon
Partage — (franz., spr. āsch ), Teilung; daher Partagetraktat, Teilungsvertrag, wie z. B. der Österreichs, Rußlands und Preußens über Polen … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Partage — (–ahsch), frz., Theilung … Herders Conversations-Lexikon
partage — index split Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
partagé — Partagé, [partag]ée. part. Il a les sign. de son verbe … Dictionnaire de l'Académie française
partage — (par ta j) s. m. 1° Division d une chose en plusieurs portions. Faire le partage d une succession. • Trois conditions admirables de cette dette sacrée [la charité fraternelle] qui feront le partage de ce discours, BOSSUET Serm. Charité frat.… … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
PARTAGE — s. m. Division de quelque chose en plusieurs portions. Faire le partage d une succession. Faire le partage des meubles qu on a achetés en commun. Faire le partage du butin. Le partage d un pays conquis. Les enfants peuvent venir à partage de la… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)