-
1 incremental
oplopend -
2 bullish
adj. rundachtig; koppig; heeft de neiging duurder te worden[ boelisj] -
3 camber
n. lichte welving, schuin oplopend--------v. welven, schuin oplopencamber1[ kæmbə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 tonrondte ⇒ welving, zeeg————————camber2〈 werkwoord〉1 tonrond zijn/maken ⇒ een lichte welving vertonen/maken -
4 incremental
adj. periodiek stijgend (van salaris), van winst; van toevoeging[ ingkrimmentl] 〈 incrementally〉♦voorbeelden: -
5 on the upgrade
-
6 rising
adj. naar boven komend; opgroeiend; dichterbij komend--------n. opstandrising1[ rajzing] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————rising2♦voorbeelden:a rising politician • een opkomend politicus -
7 steep
adj. steil; scherp, snel (stijgend), overdreven--------v. dompelen, indopen; (laten) weken, laten doortrekken, laten doordringen, drenkensteep1[ stie:p] 〈bijvoeglijk naamwoord; steepness〉♦voorbeelden:————————steep2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:steep the coffee • de koffie laten trekkensteep oneself in • zich verdiepen inyour mind is steeped in useless facts • je geest is doordrongen van nutteloze feitensteeped in mystery • omhuld door geheimzinnigheid -
8 upgrade
n. (in computers) bijwerken, het installeren van een nieuwe verbeterde versie van een programma of het installeren van een nieuw onderdeel in de computer; verbeteren--------v. verbeteren, vernieuwenupgrade1♦voorbeelden:————————upgrade2〈 werkwoord〉 -
9 uphill
-
10 ascending
opklimmendoplopendstijgend
Перевод: с английского на нидерландский
с нидерландского на английский- С нидерландского на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский